RAAP Archeologisch Adviesbureau heeft in november en december 2010 en januari 2011 een bureau- en inventariserend veldonderzoek uitgevoerd in verband met de voorgenomen inrichting van het bedrijventerrein ’t Klooster, deelgebieden 1 en 2, in de gemeente Nieuwegein. Tevens is een karterend booronderzoek naar vindplaatsen uit de Steentijd uitgevoerd op kavel 3 van deelgebied 3.Het verkennend en karterend booronderzoek, waarbij 253 boringen in het onderzoeksgebied zijn gezet, heeft een meer gedetailleerd beeld opgeleverd van met name de morfologie van de Wiersch en Benschop stroomgordel inclusief de daartussen gelegen crevasses. Zo is vastgesteld dat de op het AHN zichtbare verhogingen verband houden met crevassegeulen behorende tot de Wiersch en/ of Benschop stroomgordel. In overeenstemming met de gespecificeerde archeologische verwachting zijn in de top van de oudere fluviatiele afzettingen in verschillende boringen fragmenten houtkool aangetroffen die verband kunnen houden met de aanwezigheid van prehistorische mensen in het gebied. De houtskool kan echter ook (deels) een natuurlijke oorsprong hebben.Op basis de morfologie van het prehistorische landschap geldt voor de oevers van de Wiersch stroomgordel een hoge verwachting voor nederzettingen en extractiekampen. Voor de aangetroffen crevasses geldt een middelhoge tot hoge verwachting voor extractiekampen en kleine activiteitsplekken (eenmalige kampjes, visplekken, e.d.). Dergelijke vindplaatsen zijn relatief zeldzaam en gezien de naar verwachting goede conserveringsomstandigheden en het feit dat de oeverafzettingen onverstoord aanwezig zijn, maakt dat indien daadwerkelijk vindplaatsen aanwezig zijn, er sprake is van zeer waardevolle archeologische resten. Het karterend booronderzoek naar laat-middeleeuwse en jongere boerderijlocaties langs de Schalkwijksewetering en de voormalige Tiendkade heeft geen aanwijzingen voor archeologische vindplaatsen opgeleverd.
Issued: 2010-11-09