Binnen het plangebied worden direct aan of dicht onder het maaiveld archeologische resten verwachtdie samenhangen met de terp van Britsum, zoals ophogingslagen en sporen. Deze terp dateert vanafde late ijzertijd-Romeinse tijd tot in de nieuwe tijd. Op basis van het bureauonderzoek werd verwachtdat de terp binnen het plangebied is afgegraven en later met grond is opgevuld. Het verkennendeonderzoek heeft deze verwachting bevestigd. Binnen het plangebied is de terp vrijwel geheel tot op denatuurlijke ondergrond ontgraven en later weer met grond aangevuld. In drie van de zes boringen isonder het verstoorde pakket een restant van een mogelijke terplaag aangetroffen met een dikte tussen0,05 en 0,10 m, waarvan de top op circa -1,30 m NAP ligt. De archeologische waarde hiervan is gering.De archeologische verwachting wordt daarom bijgesteld naar laag. Niet uitgesloten kan worden datonder het opgebrachte pakket, op een diepte van -1,40 m NAP of dieper, nog grondsporen aanwezigzijn die in de natuurlijke ondergrond zijn ingegraven, bijvoorbeeld waterputten.