In opdracht van de gemeente Veldhoven heeft ADC ArcheoProjecten een Inventariserend Veldonderzoek (IVO) in de vorm van proefsleuven uitgevoerd voor het plangebied Zilverackers. De gemeente Veldhoven gaat in de nabije toekomst Veldhoven-West als een woonuitbreidingsgebied ontwikkelen. Er zullen ongeveer 2800 woningen gecreëerd worden in een periode van ca. 20 jaar. Dit gebied dient archeologisch gewaardeerd te worden. Hiervoor heeft de gemeente een eigen “Veldhovense methode” in het leven geroepen. Dit houdt in dat het gebied archeologisch onderzocht wordt door drie afzonderlijke archeologische bedrijven, die in gezamenlijk overleg hun onderzoeksresultaten met elkaar delen en onderzoeksthema’s proberen te beantwoorden. Het archeologische onderzoek wordt gekaderd en inhoudelijk beschreven en bewaakt door een onderzoekscommissie. Voor het archeologisch onderzoek is het onderzoeksgebied in drie deelgebieden opgesplitst: de dorpen Huisackers en Boschackers, het bedrijventerrein Hoogackers en het dorp Schootackers. Deelgebied 3 (Schootackers) is archeologisch onderzocht door ADC ArcheoProjecten.Verspreid over 91 proefsleuven heeft ADC ArcheoProjecten in totaal 26.579 m² onderzocht. De onderzoeksresultaten omvatten voornamelijk bewoningssporen uit de IJzertijd. Ze komen over vrijwel het gehele gebied voor, geclusterd in kleine tot omvangrijke spoorconcentraties die verschillende woonerven voor zullen stellen. Het geheel is te omschrijven als een systeem van zwervende erven. Daartussen komen kleine spoorconcentraties voor uit het Neolithicum, de Romeinse tijd en de Middeleeuwen. Er zijn in totaal twaalf vindplaatsen aangeduid. Voor enkele vindplaatsen geldt dat voor het bepalen van hun archeologische waarde gekeken moet worden naar de onderzoeksresultaten van het aangrenzende deelgebied of dat de resultaten van het archeologisch onderzoek in de vooralsnog ononderzochte delen afgewacht zal moeten worden.Om het systeem van de zwervende erven over een groot gebied inzichtelijk te krijgen is het belangrijk dat een flink aantal van deze erven onderzocht wordt. 14C-dateringen van de afzonderlijke erven kunnen een bijdrage leveren aan de fasering en het opschuiven van de erven door de tijd. Het onderzoek naar deze erven zal dan ook plaats moeten vinden in alle deelgebieden.

Date Submitted: 2011-03-14