De gespecificeerde archeologische verwachting is laag voor de Vroege-Middeleeuwen, middelhoog voor het Paleolithicum, Mesolithicum en de Late-Middeleeuwen en Nieuwe tijd en hoog voor het Neo-lithicum tot en met de Romeinse tijd. Er worden bijzondere deposities en/of infrastructurele resten verwacht op basis van de ligging in een beekdal. Er kan bewoning verwacht worden op het dekzand.De boringen hebben aangetoond dat het landschap afloopt richting het noordoosten. Het plangebied ligt in een oude geul en is in het verleden opgehoogd. De beekafzettingen bevinden zich op circa 30 cm tot 1 m onder maaiveld (9,7 - 10,8 m NAP). Op circa 1 m tot 1,4 m onder maaiveld (9,4 - 10,4 m NAP) bevinden zich terrasafzettingen van de Maas. Er zijn geen grote verstoringen aangetroffen, waardoor de archeologische verwachting behouden kan worden. Op basis van de gespecificeerde archeologische verwachting, zoals die is weergegeven tijdens het bureauonderzoek, is door het booronderzoek grotendeels bevestigd. Op grond van de aard van de geplande werkzaamheden en het behoud van een hoge archeologische verwachting, adviseert Econsultancy een opgraving variant archeologische begeleiding uit te voeren voor de delen van het plangebied die nog niet zijn vrijgegeven.