Archeologisch bureau- en verkennend veldonderzoek door middel van boringen De Welder 2 te Haghorst (gemeente Hilvarenbeek)

DOI

De onderzoekslocatie ligt volgens de Archeologische Beleidskaart van de gemeente Hilvarenbeek (2012) gedeeltelijk in de zone ‘hoge archeologische verwachting’, gedeeltelijk in de zone ‘middelhoge/onbekende archeologische verwachting’ en gedeeltelijk in ‘onderzoeksgebied: AMZ afgerond’. Binnen het vigerend bestemmingsplan ‘Buitengebied’ (2014) kennen delen van het plangebied hiertoe de dubbelbestemming ‘Waarde – Archeologie 1’. Het plangebied ligt op de noordelijke uitloper van een uitgestrekt dekzandruggencomplex. In de wijde omgeving van het plangebied enige vuursteenvondsten bekend uit de periode jager-verzamelaars. Deze vondsten zijn voornamelijk aangetroffen richting het beekdal van de Reusel, op circa 1,3 kilometer ten zuidwesten van het plangebied. Toch kan zeker niet uitgesloten worden dat het plangebied als bewoningslocatie is gekozen. Om deze redenen wordt een middelhoge verwachting toegekend voor vindplaatsen uit het laat-paleolithicum tot en met het mesolithicum. Binnen het plangebied worden in grotendeel van het plangebied enkeerdgronden. De bovengrond van enkeerdgronden kenmerkt zich door een minstens 50 centimeter dik humeus pakket. Dit humeuze pakket is ontstaan door langdurige landbouwkundig gebruik. Op basis hiervan geldt voor het plangebied geldt een middelhoge verwachting voor de periode neolithicum tot en met vroege middeleeuwen. Het plangebied ligt aan de Sint Josephstraat. Tot ver in de 20e eeuw bestond het laatmiddeleeuwse ontginningsdorp Haghorst uit enkele clusters van bebouwing die bekend stond als de Hooge Haghorst en de Lage Haghorst. Uit historische kaarten blijkt dat het plangebied sinds circa 1800 aan de al bestaande Sint Josephstraat lag. Aan deze weg lag sporadisch bebouwing. Ook in het oostelijke deel was een woonhuis aanwezig. Het grootste deel van het plangebied was als bouwland in gebruik. Mogelijk was in de periode vóór 1800 bebouwing aanwezig in het oostelijke deel en kende de oorspronkelijke bebouwing voorgangers die tot in de late middeleeuwen teruggaat. Op basis van deze gegevens geldt voor het plangebied een middelhoge verwachting voor de periode late middeleeuwen en nieuwe tijd. Op basis van het uitgevoerd verkennend veldonderzoek middels boringen kan worden gesteld dat het potentieel archeologisch niveau in een klein gedeelte van het plangebied volledig is verstoord. In het overige deel van het plangebied kan het potentieel archeologisch niveau vanaf het maaiveld tot circa 45 centimeter beneden maaiveld worden verwacht. Hier is nog een BC-horizont aanwezig, of is de verwachting dat maar een minimaal deel van de C-horizont is verstoord. Hier kunnen dieper gelegen sporen nog zeker worden aangetroffen. Voor het plangebied wordt om bovenstaande redenen een archeologisch vervolgonderzoek noodzakelijk geacht. Een dergelijk onderzoek kan plaatsvinden in de vorm van een proefsleuvenonderzoek.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/AR/I3PNNQ
Metadata Access https://archaeology.datastations.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=doi:10.17026/AR/I3PNNQ
Provenance
Creator L. Kruithof; D. Hagens; F. Van den Blink; N.J.W. Van der Feest
Publisher DANS Data Station Archaeology
Contributor Vroomans, M.A.K.; Aeres Milieu
Publication Year 2024
Rights CC-BY-4.0; info:eu-repo/semantics/openAccess; http://creativecommons.org/licenses/by/4.0
OpenAccess true
Contact Vroomans, M.A.K. (Aeres Milieu)
Representation
Resource Type Dataset
Format application/pdf
Size 19153377
Version 1.0
Discipline Humanities