In opdracht van de heer van Gemund uit Amersfoort heeft archeologisch onderzoeksbureau Becker & Van de Graaf bv in oktober 2009 een archeologisch bureauonderzoek en een Inventariserend Veldonderzoek, karterende fase uitgevoerd aan de Kastanjelaan 6A te Twello, gemeente Voorst.De aanleiding voor dit onderzoek zijn bouwplannen voor nieuwbouw die voorzien in de sloop van het bestaande pand waarna er een nieuwe woning zal worden gebouwd die de bebouwingsgrenzen van het bestaande pand zal overschrijden. Voorts zijn er plannen om onder het nieuw te bouwen pand een kelder aan te leggen met een afmeting van 4,8 bij 11 meter en een diepte van 2,8 meter beneden maaiveld. De kans bestaat dat eventueel aanwezige archeologische waarden hierdoor verstoord dan wel vernietigd zullen worden.Op basis van de resultaten van het bureauonderzoek wordt verwacht dat het plangebied op een dekzandrug ligt met een enkeerdgrond. In de directe omgeving van het plangebied zijn archeologische resten uit de periode Vroege Middeleeuwen tot en met de Nieuwe Tijd aangetroffen. Daarnaast is er circa 500 meter ten zuiden van het plangebied een vindplaats aangetroffen met sporen van bewoning uit de Bronstijd, de IJzertijd, de Romeinse tijd en de Middeleeuwen.Het booronderzoek heeft uitgewezen dat er sprake is van een intacte enkeerdgrond. In boring 2 is in de A-horizont een fragment tefriet aangetroffen. Deze materiaalsoort werd met name in de Romeinse tijd en Middeleeuwen gebruikt, bijvoorbeeld om maalstenen van te fabriceren. In boring 4 zijn op de overgang van de A-horizont naar de C-horizont een fragment leisteen, baksteen en aardewerk aangetroffen. Het aardewerk dateert vermoedelijk uit de Nieuwe Tijd B of C. Het is niet duidelijk of deze vondsten (lokaal) opgeploegd zijn.Tijdens het onderzoek is geconstateerd dat er in het plangebied archeologische indicatoren aanwezig zijn en dat de bodemopbouw intact is. Daarnaast geven de onderzoeksresultaten uit de directe omgeving aanleiding te veronderstellen dat er mogelijk archeologische resten aanwezig zijn in het plangebied. Op basis van de resultaten van het Inventariserend Veldonderzoek wordt daarom geadviseerd om een vervolgonderzoek uit te laten voeren. Dit vervolgonderzoek kan het beste plaatsvinden in de vorm van een archeologische begeleiding conform protocol opgraven. Eventuele archeologische waarden worden binnen een diepte van één meter beneden maaiveld verwacht.Bij het slopen van de huidige bebouwing dienen de muren tot aan het maaiveld te worden gesloopt. De resterende fundamentresten dienen daarna rechtstandig te worden verwijderd onder toezicht van een archeoloog. Vervolgens kan de bouwput worden ontgraven onder archeologisch toezicht waarbij een getoetst en goedgekeurd Programma van Eisen ten grondslag ligt.
Archeologisch bureauonderzoek & Inventariserend Veldonderzoek, karterende fase
Date Accepted: 2009-12
