De gemeente Tiel heeft Oranjewoud opdracht verstrekt voor het uitvoeren van een bureauonderzoek en een inventariserend veldonderzoek, karterende fase, aan de Voor de Kijkuit te Tiel. Aanleiding voor het onderzoek is de verkoop van het perceel en de voorgenomen nieuwbouw. Op basis van het archeologiebeleid van de gemeente is daarom voorafgaand aan de werkzaamheden onderzoek uitgevoerd. In het bureauonderzoek is een gespecificeerd verwachtingsmodel opgesteld waarin het plangebied een lage verwachting kent voor de periodes tot de laat Romeinse tijd. Oudere afzettingen zijn bij het ontstaan van de Linge stroomgordel opgeruimd, en daarmee ook eventueel aanwezig archeologische resten. Tijdens de Romeinse tijd en de Vroege Middeleeuwen moet er ter plaatse de geul van de rivier hebben gelegen. Vanaf de Late Middeleeuwen is de rivier geheel verland en lag het plangebied in een brede en lage groen zone die tot het begin van de 20e eeuw onbewoond is gebleven. Om de mate van bodemverstoring te toetsen is een booronderzoek uitgevoerd, in combinatie met een milieukundig verkennend bodemonderzoek. Uit het booronderzoek blijkt dat in het plangebied een verstoord bodemprofiel aanwezig is met een diepte van tenminste 1,10 m -mv. Onder het verstoorde pakket zijn restgeulafzettingen van de Linge aangetroffen. Archeologische indicatoren die duiden op een vindplaats zijn in de boringen niet waargenomen. De conclusie luidt dan ook dat in het gebied waarschijnlijk geen archeologische resten aanwezig zijn en dat de kans op het aantreffen van archeologische resten in het gebied vrijwel nihil is. Het advies luidt om het plangebied vrij te geven voor de voorgenomen ontwikkeling.
