De bodemopbouw van het plangebied bestaat uit een bouwvoor met daaronder getijde-afzettingen, veen afgewisseld met kleilagen en vervolgens dekzand. In het dekzand is een intacte podzolbodem waargenomen. Tussen de bouwvoor en de getijde-afzettingen zijn in de noordwesthoek van het terrein terplagen aangetroffen. Deze terplagen behoren waarschijnlijk tot de afgegraven middeleeuwse terp die zich direct ten noorden van het plangebied bevindt. Er zijn geen andere aanwijzingen voor (grotere) archeologische nederzettingen aangetroffen. Aanbevelingen Aanbevolen wordt om in het gedeelte van het plangebied waar terplagen aanwezig zijn geen bodemingrepen uit te voeren (zie figuur 1). De terplagen beginnen direct onder de bouwvoor en zijn daardoor kwetsbaar. De bouwvoor dient als een beschermende buffer en moet intact blijven. Indien men in dit gedeelte van het plangebied toch speeltoestellen of dergelijke wil plaatsen, dan dient ervoor gezorgd te worden dat de bodem niet wordt aangetast. Gedacht kan worden aan het ophogen van het terrein of het werken met een betonnen plaat die op het maaiveld wordt geplaatst en waarop de speeltoestellen worden verankerd. Het dekzand met de daarin aanwezige podzolbodem bevindt zich op een diepte van meer dan 3 m -Mv. Gezien deze grote diepte en de aard van de voorziene bodemingrepen wordt geen verder archeologisch vervolgonderzoek aanbevolen. Voor het resterende deel van het plangebied wordt geen verder archeologisch vervolgonderzoek aanbevolen. De geplande ingrepen kunnen hier vanuit archeologisch oogpunt zonder bezwaar worden uitgevoerd.