In opdracht van ArcheoWest BV heeft ADC ArcheoProjecten een bureauonderzoek en een inventariserend veldonderzoek uitgevoerd voor het plangebied Westerlandseweg 6 in Tinte (gemeente Westland). In het plangebied zullen een stookruimte en warmte-opslagtank worden gerealiseerd. Het onderzoek was noodzakelijk om te bepalen of bij de voorgenomen activiteiten de kans bestaat dat archeologische resten in de ondergrond worden aangetast.Op basis van het bureauonderzoek worden in het plangebied resten verwacht vanaf de IJzertijd. In deze periode is het veen in het zuidwesten van Nederland ontgonnen en kan bewoning hebben plaatsgevonden op het veen. Eventuele archeologische waarden uit de IJzertijd of Romeinse tijd bevinden zich op en in de top van het veen. In de Late Middeleeuwen is het plangebied ingepolderd. Vanaf in ieder geval ca. 1300 is bewoning op de drooggevallen zeekleiafzettingen mogelijk geweest. Er zijn op historische kaarten hiervoor echter geen aanwijzingen hiervoor te vinden.Uit het booronderzoek is gebleken dat in het plangebied twee geulen actief zijn geweest. In de periodes dat deze actief waren is geen bewoning mogelijk geweest. De top van het Hollandveen is niet aangetroffen in de boringen en is vermoedelijk geërodeerd. In de periode dat de klei en het veen tussen de twee periodes van geulactiviteit is afgezet en gevormd, kan wel bewoning hebben plaatsgevonden. Er zijn hier echter geen aanwijzingen voor aangetroffen.ADC ArcheoProjecten adviseert om in het plangebied geen aanvullend archeologisch onderzoek uit te voeren. Wat betreft de archeologie is er geen belemmering om het terrein vrij te geven voor de voorgenomen ontwikkeling. Het is echter niet volledig uit te sluiten dat binnen het onderzochte gebied toch nog archeologische resten voorkomen. Het verdient daarom aanbeveling om de uitvoerder van het grondwerk te wijzen op de plicht archeologische vondsten te melden bij het bevoegde overheid, zoals aangegeven in de Monumentenwet.