Bijlweg 6 te Lelystad. Een Bureauonderzoek.

DOI

In opdracht van Aannemersbedrijf J. v.d. Heijkant B.V. heeft Vestigia b.v. Archeologie & cultuurhistorie een archeologisch vooronderzoek uitgevoerd op de locatie Bijlweg 6 te Lelystad, gemeente Lelystad. Het vooronderzoek omvatte een Bureauonderzoek (BO). Het terrein heeft een functie als erf van een manege. De plannen omvatten de overkapping van een longeercirkel en trainingsmolen en de eventuele aanleg van een tweede bedrijfswoning. Het Bureauonderzoek is uitgevoerd in het kader van de aanvraag van een bouwvergunning.Het doel van het bureauonderzoek was vast te stellen of er in het plangebied sprake is, dan wel sprake kan zijn, van archeologische waarden die door de bouwwerkzaamheden verstoord kunnen worden. Op basis hiervan is een advies gegeven over een eventueel archeologisch vervolgtraject.Eerst is vastgesteld of binnen het plangebied archeologische waarden geregistreerd staan. Omdat binnen het plangebied archeologische waarden kunnen voorkomen die nog niet in kaart zijn gebracht, is in aanvulling hierop een archeologische verwachting opgesteld c.q. is de bestaande archeologische verwachting uitgewerkt. Hiertoe is via een literatuurstudie eerst een reconstructie gemaakt van de geologie, geomorfologie en bodemopbouw van het plangebied en de directe omgeving hiervan. Vervolgens zijn alle bekende archeologische en historische vondsten en vondstcomplexen die in de directe omgeving van het plangebied voorkomen geïnventariseerd. Op basis van een combinatie van deze informatie is ten slotte een archeologisch verwachtingsmodel opgesteld.Resultaten:De beschikbare boorgegevens van de voormalige Rijksdienst IJsselmeerPolders (RIJP) laten zien dat de top van het Pleistoceen op ca 5,5 meter onder maaiveld, verspoeld of geërodeerd is. Daarboven zijn uit verschillende fasen van de landschappelijke ontwikkeling andere afzettingen terug te vinden. Deze afzettingen hangen nauw samen met de vernatting van het gebied vanaf circa 5.000 voor Chr. Uit deze afzettingen is echter af te leiden dat er geen voor bewoning geschikte omstandigheden hebben geheerst. In het bijzonder komen in het plangebied geen oeverwallen voor. Voor het plangebied geldt dan ook een lage archeologische verwachting voor prehistorische bewoningssporen. Verder kunnen zich in het plangebied scheepswrakken bevinden. De kans dat deze in het plangebied worden aangetroffen is, gezien het feit dat in Flevoland tot nu toe circa 450 scheepswrakken zijn gevonden op een landoppervlakte van circa 1420 km2, wat overeenkomt met circa 3 scheepswrakken per vierkante kilometer, uiterst klein. Om deze reden is de archeologische verwachting voor scheepswrakken eveneens laag. Conclusie:Op basis van de onderzoeksresultaten adviseert Vestigia b.v. Archeologie & cultuurhistorie dan ook geen nader archeologisch onderzoek uit te voeren en ziet geen bezwaar tegen de voortgang van de bouwplannen.

Vestigia V514

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-24d-mmqv
Metadata Access https://archaeology.datastations.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=doi:10.17026/dans-24d-mmqv
Provenance
Creator J.W.M. Oudhof; A.A. Kerkhoven; K. Klerks
Publisher DANS Data Station Archaeology
Contributor b.u.l.k. archeologie, import; Vestigia b.v.
Publication Year 2015
Rights CC-BY-4.0; info:eu-repo/semantics/openAccess; http://creativecommons.org/licenses/by/4.0
OpenAccess true
Contact b.u.l.k. archeologie, import (DANS)
Representation
Resource Type Dataset
Format text/xml; application/pdf
Size 7954; 7971; 870; 4519; 1802032
Version 1.0
Discipline Humanities