In verband met een verdere invulling van bedrijventerrein Gouden Driehoek is een inventariserend archeologisch veldonderzoek uitgevoerd aan de Europaweg te Zuidbroek, gemeente Menterwolde, provincie Groningen. Voor de realisatie van bedrijfspanden is graafwerk nodig voor onder meer funderingen en leidingen.Mogelijk zijn deze bodemingrepen een bedreiging voor eventueel aanwezige archeologische waarden in het gebied. Het doel van het onderzoek is om vast te stellen wat de kans is op de aanwezigheid van archeologische waarden.Het onderzoek bestaat uit een bureauonderzoek en een veldonderzoek,verkennende fase. Bij het bureauonderzoek zijn bronnen geraadpleegd op het gebied van fysische geografie, archeologie en historische geografie. Bij het veldonderzoek zijn 38 boringen geplaatst om de opbouw en gaafheid van de bodem te bepalen.Het onderzoeksgebied ligt op de zuidelijke rand van een glaciale rug. Omstreeks de vijftiende eeuw reikte de zee-inham van de Dollard tot in het gebied. Bij eerder onderzoek in 1999 is een veldkartering uitgevoerd langs de noordelijke rand van het terrein. Hierbij zijn geen vondsten gedaan. Noordoostelijk van het onderzoeksgebied zijn bij proefsleuvenonderzoek in 1999 resten van een klein laatmiddeleeuws gebouw vastgesteld. Ook zijn toen zuidoostelijk van het gebied drie potkleiwinningsputten beschreven. De putten hadden een lengte van circa 30 meter en breedtes van 14, 22 en 23 meter.Lokaal is in het onderzoeksgebied een restant van de middeleeuwse bouwvoor aanwezig. De bouwvoor lijkt in het grootste deel aanwezig te zijn geweest, maar door latere erosie te zijn verdwenen. De bouwvoor wijst erop dat het gebied tijdens de middeleeuwen werd beakkerd. De erosie is opgetreden door het water van de Dollard omstreeks de vijftiende eeuw. De zee heeft in het hele gebied een laag klei afgezet.Eventuele archeologische resten van voor de middeleeuwen zullen waarschijnlijk verloren zijn gegaan door de beakkering en de erosie. Wel kunnen diepere delen van middeleeuwse grondsporen bewaard gebleven zijn. Bij het onderzoek zijn ondiepe sporen aangeboord die van middeleeuwse greppels lijken te zijn. Aanwijzingen voor middeleeuwse bewoning in het onderzoeksgebied zijn er niet. Er zijn geen bewoningslagen of eenduidig middeleeuwse indicatoren gevonden. Ook zijn er geen aanwijzingen dat resten van het gebouw noordoostelijk doorlopen tot in het onderzoeksgebied. Evenmin lijken er een kleiwinningsputten aanwezig in het gebied.Het advies is om eventueel grootschalig graafwerk zoals de aanleg van sloten, vijvers en kelders te laten uitvoeren onder archeologische begeleiding. Het doel daarvan is om meer informatie te krijgen over de aard en omvang van de middeleeuwse greppels.
2016-11/03
