De aanleiding tot het onderzoek Weverstraat 9 in de gemeente Zevenaar vormde de sloop van de bebouwing en vervangende nieuwbouw op het perceel. Ten behoeve van de nieuwbouw was de aanleg van een bouwput en grondverbetering noodzakelijk. Hierbij zou de ondergrond tot een diepte van 0.90 meter verstoord worden. Het werd noodzakelijk geacht hiervoor een Bouwhistorische Verkenning en een Definitief Archeologisch Onderzoek (DAO) uit te voeren. Het onderzoek werd verricht in opdracht van de gemeente Zevenaar.Voorafgaand aan het onderzoek was een inventariserend onderzoek (IVO 1) uitgevoerd door dhr. J.Verhagen (AWN afdeling 17), bestaande uit een bureauonderzoek en een booronderzoek.Op grond van het IVO was de venwachting dat de muren en de funderingen van het huidige pand informatie zouden opleveren over de bouwgeschiedenis. Onder het voorste deel van het pand is bij de boringen een oudere vloer aangetroffen. In het achterste deel mogelijk een dichtgestorte kelder of kruipruimte. Op het achtererf werden resten van putten, afvalkuilen en grondsporen vanaf de 15e eeuw verwacht.Het archeologische onderzoek aan de Weverstraat heeft uitgewezen dat de archeologische sporen zich direct onder het sloopniveau van het pand bevinden.Een deel van de muren was ten tijde van de bouwhistorische verkenning nog als "opgaand" werk aanwezig. De resultaten van beider onderzoeken sluiten goed op elkaar aan. De archeologische resten zijn redelijk tot goed bewaard gebleven.Het onderzoek heeft geresulteerd in een vijftal bouwfasen van de bebouwing op het perceel.Fase 1 en 2 zijn toe te schrijven aan een voorganger van het pand Weverstraat 9. Het perceel vormde toen nog een geheel met Weverstraat 7. Het gaat in eerste instantie om een houten gebouw uit de 16e eeuw, welk rond 1600 met een bakstenen uitbreiding of aanbouw wordt vergroot.Het dateren van fase 1 blijft vooralsnog problematisch, een dendrochronologisch onderzoek naar, de bewaard gebleven gebintstijlen kan een exactere datering opleveren. Analyse van de zaden die zijn aan getroffen in het grondmonster uit beerput s22, hebben hierin helaas geen inzicht verschaft.Fase 3 tot en met 5 geven inzicht in de ontwikkeling van het pand Weverstraat 9 vanaf de 2e helft van de 17e eeuw tot aan de sloop in december 2004.Vondstmateriaal wat is toe te schrijven aan het beroep van de voormalige bewoners is nauwelijks aangetroffen. Ook de analyse van het zadenmonster uit beerput s22 heeft hierin geen duidelijkheid kunnen verschaven. De ijzerslakken onder haard s13, uit de eerste helft van de 17e eeuw vormen een indicatie voor een beroep, dat te relateren is met ijzerbewerking. Aanvullend archiefonderzoek kan hier meer duidelijkheid over geven.Tijdens het onderzoek is de vulling van de Crevassegeul van de Aa aangesneden, deze tekende zich af als een pakket bruingrijze zware klei.De richting, als ook de diepte, kon tijdens het onderzoek niet worden vastgesteld. Opvallend is de zwerm kleine paaltjes, die is aangetroffen in de geulvulling, zij zijn mogelijk ouder dan de 15e eeuw. Daterend vondstmateriaal ontbreekt echter.
Bouwhistorische verkenning en archeologisch onderzoek
Date: 29-11-2004 (aanvang onderzoek)
