In het plangebied zijn goor- dan wel beekeerdgronden aangetroffen, die met uitzondering van boring grotendeels intact waren. Deze worden gevormd in laaggelegen delen (beekdalen en directe omgeving) van het landschap met vrij natte omstandigheden. Ook in het veld is waargenomen dat het plangebied laag gelegen is en er nauwelijks sprake is van enige hoogteverschillen in de directe omgeving. Aangezien er geen hogere delen aanwezig zijn die geschikt zijn voor bewoning wordt de kans klein geacht dat er in het plangebied archeologische vindplaatsen aanwezig zijn. Dit sluit niet uit dat er kans bestaat om losse vondsten aan te treffen.Bovenstaande betekent dat lage verwachting uit het bureauonderzoek voor vuursteenvindplaatsen van jagers-verzamelaars uit het Laat-Paleolithicum tot en met Mesolithicum en nederzettingsresten uit het Neolithicum tot en met de Nieuwe tijd op grond van het booronderzoek en de landschappelijke veldwaarnemingen kan worden gehandhaafd.
Issued: 2015-11-05