Van 29 mei tot en met 4 juni 2007 heeft ADC ArcheoProjecten een Inventariserend Veldonderzoek in de vorm van proefsleuven (IVO-3) uitgevoerd in het plangebied Hoge Wal- Plantsoen in het centrum van Woerden, provincie Utrecht. Naar aanleiding van te realiseren nieuwbouw aan het Plantsoen, waarbij tot een diepte van twee meter onder maaiveld ondergrondse garages zullen worden gebouwd, is in opdracht van Van Vliet, namens BAM Vastgoed, een archeologisch onderzoek uitgevoerd. Er zijn binnen het plangebied vier proefsleuven aangelegd met de bedoeling meer inzicht te verkrijgen in de inrichting van het gebied door de eeuwen heen en om meer duidelijkheid te krijgen over de opbouw van de bodem ter plaatse. Tevens is onderzocht of, en zo ja waar precies resten aanwezig waren van de voormalige Keizersgracht, een waterloop die binnen de middeleeuwse stadsmuren lag en die inde jaren 80 van de 19e eeuw is gedempt. Het plangebied ligt aan de oostzijde van het oude stadscentrum van Woerden, tussen het Plantsoen, de Hogewalstraat en de Achterstraat. Dit gebied fungeerde lange tijd als stedelijke expansieruimte, wat betekend dat hier in tijden van bevolkingstoename huizen werden gebouwd die in tijden van lage bevolkingsdruk weer werden afgebroken. In het plangebied werden daarom fundamenten verwacht uit verschillende perioden, alsmede aanwijzingen voor ander gebruik van het terrein, waarbij met name werd gelet op de percelering. Ook de voormalige Keizersgracht zouvrijwel zeker worden aangesneden, afgaand op de kadasterkaart van eind 19e eeuw. Tijdens het onderzoek is een aantal fundamentresten en kelders aangetroffen van bebouwing diee hier in de 17e en 18e eeuw moet hebben gestaan. Ook is aan de oostkant van het terrein inderdaad de Keizersgracht aangetroffen, vlak langs de huidige straat van het Plantsoen. Verder is er nog een schuin op het Plantsoen (en de Keizersgracht) georiënteerde sloot aangetroffen met een beschoeiing van vlechtwerk en paaltjes. Binnen het archeologisch onderzoek is tevens een fysisch geografisch onderzoek uitgevoerd door middel van boringen en door middel van bestudering van een viertal profielen. Dit onderzoek richtte zich met name op de landschappelijke ontwikkeling ter plaatse en op de vraag of de ondergrond sinds de Romeinse periode wel of niet is verstoord door de verlegging van de loop van de Oude Rijn. Uit het uitgevoerde fysisch geografische onderzoek is gebleken dat de ondergrond na de Romeinse periode niet verstoord is door de verlegging van de Oude Rijn maar dat de rivier zich vrij plotseling heeft verlegd naar een loop ten zuiden van Woerden.
