Een archeologisch bureau-onderzoek en een inventariserend veldonderzoek (IVO) op een bungalowpark aan de Roeghoornweg te Norg, gemeente Noorderveld (Dr.)

DOI

Bureau-onderzoekUit het bureau-onderzoek blijkt dat er zich een mesolithische vindplaats ten noorden van de onderzoekslocatie bevindt. Dit kan inhouden dat zich ook in het onderzoeksgebied vindplaatsen, uit met name de steentijd, kunnen bevinden. In de praktijk is de aanwezigheid hiervan echter voor een belangrijk deel afhankelijk van de mate van intactheid van de bodemopbouw. Indien zich hierin verstoringen hebben voorgedaan, zullen de potentieel in de bodem aanwezige archeologische grondsporen verloren zijn gegaan. Omdat het om vermoedelijk deels verstoven gronden gaat die aan het begin van de vorige eeuw ook nog eens ingrijpend veranderd zijn door de aanleg van een productiebos, kan alleen een inventariserend veldonderzoek (IVO) achterhalen in hoeverre er sprake is van een intacte bodemopbouw en of hierin archeologische indicatoren aanwezig zijn.BooronderzoekHet booronderzoek bevestigd dat een klein deel van het terrein verstoven is. Het overgrote deel heeft een intacte bodemopbouw die goed geconserveerd is onder een pakket stuifzand. Het oude loopvlak is grotendeels bouden. Dit deel van het onderzoeksgebied heeft dan ook een hoge potentie op de aanwezigheid van archeologische resten.Gezien de resultaten van het bureau- en booronderzoek bevelen wij voor dat deel van het terrein waar een intacte bodemopbouw aanwezig is een vervolgonderzoek aan door middel van megaboringen met een dichthied van 20 boringen per hectare. De grond van de verschillende bodemhorizonten wordt, waar mogelijk, apart verzameld en gezeefd over een zeef met een maaswijdte van 4 mm. Dit onderzoek moet duidelijk maken of er archeologische indicatoren aanwezig zijn die wijzen op de aanwezigheid van een archeologische vindplaats. Bij het aantreffen van eventuele indicatoren moet door het verder verdichten van het boorgrid, worden nagegaan of het een vindplaats betreft, wat de datering hiervan is en hoe groot de horizontale en verticale verspreiding van de vondstlaag is.Voor dat deel van het terrein waar geen intacte bodem meer aanwezig is, wordt geen vervolgonderzoek noodzakelijk geacht. Wanneer hier echter bij uitvoering van grondwerk onverhoopt grondsporen en/of vondsten worden aangetroffen, dient hiervan direct melding te worden gemaakt bij de provinciaal archeoloog, dr. W.A.B. van der Sanden.

Date: 2006

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-2bb-bau9
Metadata Access https://archaeology.datastations.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=doi:10.17026/dans-2bb-bau9
Provenance
Creator Mulder, S.A.; Roller, G.J. de
Publisher DANS Data Station Archaeology
Contributor b.u.l.k. archeologie, import; ARC b.v.
Publication Year 2009
Rights CC0 1.0; info:eu-repo/semantics/openAccess; http://creativecommons.org/publicdomain/zero/1.0
OpenAccess true
Contact b.u.l.k. archeologie, import (DANS)
Representation
Resource Type Dataset
Format application/pdf; text/xml
Size 2487780; 6437; 7330; 824; 4929
Version 1.0
Discipline Humanities