Laagland Archeologie heeft in november 2018 een Inventariserend veldonderzoek - verkennende fase uitgevoerd aan de Leeoever te De lier in de gemeente Westland. Het onderzoek vond plaats in verband met de ruimtelijke procedure vanwege het voornemen om een waterkering aan te leggen over een lengte van 230 meter en een breedte van circa 1 meter. Het onderzoek is onderdeel van een omgevingsvergunning. Conform het bestemmingsplan geldt voor het een groot deel van het plangebied een dubbelbestemming Waarde-Archeologie 1. De voorziene bodemingrepen overschrijden de vrijstellingsoppervlakten en derhalve is archeologisch onderzoek noodzakelijk. Het verkennend booronderzoek is een vervolg op een reeds uitgevoerd archeologisch bureauonderzoek. Uit dit bureauonderzoek was gebleken dat er een kans bestond op archeologische waarden uit met name de late middeleeuwen en nieuwe tijd. Het zou kunnen gaan om resten van gebouwen of aanlegconstructies in samenhang met economische activiteiten langs de zuidelijke oever van de Lee. De kans was groot dat de bodem door eerdere werkzaamheden aan de oever reeds geroerd was. Het verkennende booronderzoek had tot doel het verwachtingsmodel te toetsen en zonodig aan te vullen. Het doel is om inzicht te krijgen in de vormeenheden van het landschap die van invloed zijn op de locatiekeuze in het verleden. Na afloop worden kansrijke zones geselecteerd en kansarme zones worden uitgesloten voor vervolgonderzoek. Bij het bodemonderzoek is er in eerste aanleg voor gekozen om de gaafheid van de bodem te onderzoeken middels één boring per 50 strekkende meter. Mocht de bodem intact zijn dan zou het boorgrid worden verdicht met een boring per 1—15 meter, zoals omschreven in de boordeling van het reeds eerder uitgevoerde bureauonderzoek. Het uitgevoerde verkennend booronderzoek heeft aangetoond dat de bodem in alle boringen tot in de reekbeddingafzettingen van de Lee geroerd is. Op basis hiervan worden, binnen de verstoringsdiepte van 50 cm-mv, geen archeologische resten meer in het plangebied verwacht. De kans dat het gebied nog archeologische resten met een intacte archeologische context bevat wordt daarom laag geacht. Op basis van de resultaten van het veldonderzoek wordt geadviseerd geen archeologisch vervolgonderzoek in het plangebied uit te voeren. De implementatie van dit advies is in handen van de bevoegde overheid, de gemeente Westland. De gemeente wordt hierin vertegenwoordigd door haar deskundige, mevr. M. Burger.