Inleiding
Synthegra B.V. heeft in opdracht van XXXX een archeologisch bureauonderzoek in combinatie met een verkennend booronderzoek uitgevoerd op een terrein aan de Spoorstraat 3a te Echteld.
De aanleiding voor het onderzoek is de voorgenomen realisatie van twee bedrijfshallen. De oppervlakte van de toekomstige bodemverstoring bedraagt 2500 m2 met een diepte van 2 meter beneden maaiveld. De bodem zal waarschijnlijk tot ver in het archeologische niveau worden verstoord. Eventueel aanwezige archeologische waarden kunnen daarbij verloren gaan.
Specifieke archeologische verwachting bureauonderzoek
Op basis van het bureauonderzoek is voor het plangebied een gespecificeerde archeologische verwachting opgesteld.
Het plangebied ligt op een kalkhoudende ooivaaggrond met zware zavel en lichte klei en bevindt zich deels op een rivieroeverwal en deels in een rivierkomvlakte. Gezien de ouderdom van de te verwachte afzettingen kunnen in het plangebied vindplaatsen aanwezig zijn vanaf het laat-paleolithicum tot en met de nieuwe tijd. De vindplaatsen van het Paleolithicum tot en met de Bronstijd zullen zich (als deze aanwezig zijn) onder de rivierafzettingen bevinden. In dit gebied wordt de top van deze laag verwacht tussen de 5 en 6 meter beneden maaiveld. Dit betekend dat deze laag in dit onderzoek niet verstoord zal worden. De kans op het aantreffen van resten uit deze perioden in dit onderzoek is dan ook laag. Voor de periode IJzertijd tot en met de Late Middeleeuwen geldt een hoge verwachting. In de omgeving van dit plangebied zijn meerdere vindplaatsen uit bovengenoemde perioden. De meest opvallende is de IJzertijd vindplaats ten westen van het plangebied. Daarnaast ligt een deel van het plangebied op een oeverwal, welke in deze perioden bewoond werden door hun gunstige ligging. Als laatste ligt het plangebied langs de oude rivier de Bommel. Langs deze rivier zijn resten uit deze perioden bekend. Voor de Nieuwe tijd geldt een middelhoge verwachting. Op basis van het historisch onderzoek is bekend dat het plangebied dicht bij een oude weg ligt en dat de omgeving al vanaf de 19e eeuw bewoond was. In het plangebied zelf is echter geen bebouwing bekend, wat de kans op resten uit die periode doet slinken. Daarom geen hoge maar een middelhoge verwachting. Op basis van de onderzochte gegevens kan verwacht worden dat de bodem intact is. Er zijn geen aanwijzingen van verstoringen en in een boring in de buurt van het plangebied bleek de bodem intact te zijn.
Archeologische interpretatie veldonderzoek
Nederzettingsresten uit het neolithicum tot en met de nieuwe tijd bestaan niet alleen uit fragmenten aardewerk, maar ook uit diepere sporen zoals paalgaten en afvalkuilen. Deze sporen kunnen tot in de C-horizont reiken en zijn mogelijk nog intact. Tijdens het booronderzoek zijn echter geen archeologische resten of indicatoren aangetroffen, die wijzen op de aanwezigheid een vindplaats uit deze periode.
Er is een intact bodemprofiel aangetroffen. De verwachte komvlakte ligt in het gehele plangebied. Het mogelijke beddingzand is niet aangetroffen. Wel is er een veenlaag aangetroffen tussen 3 en 4 meter beneden maaiveld, in meerdere boringen. Deze laag bevindt zich echter onder de verstoringsdiepte.