De onderzoekslocatie ligt volgens de Archeologische Beleidskaart van de gemeente Oirschot in de zone Categorie 3 (gebied met
hoge archeologische verwachting, historische kern) en 4 (gebied met hoge verwachting). Op basis van het eerder opgestelde bureauonderzoek is een verwachting op archeologische waarden uit het mesolithicum tot de late middeleeuwen opgesteld. Specifiek ligt langs de westgrens van het plangebied het vermeende tracé van een Romeinse weg. De zuidgrens van het plangebied ligt binnen het historisch bebouwingslint van de Pallande. Op basis van het uitgevoerde veldonderzoek middels boringen kan worden gesteld dat voor een groot gedeelte van het plangebied de top van de bodem nog (grotendeels) intact is. In vier boringen is de B-horizont of een restant hiervan nog aangetroffen. Op basis van de diepteligging van de top van de C-horizont in deze boringen kan worden gesteld dat ten hoogte van twee andere boringen het archeologisch niveau ook nog grotendeels intact zal zijn. De verwachting is dat hier ondiepe archeologische waarden mogelijk niet meer aanwezig zijn maar dat dieper liggende sporen nog wel aangetroffen kunnen worden. De in het bureauonderzoek vastgestelde archeologische verwachting van het mesolithicum tot de late middeleeuwen wordt bijgesteld naar een hoge verwachting op archeologische resten uit de periode van het paleolithicum tot de late middeleeuwen. In een deel van het plangebied wordt geen intact archeologisch niveau meer verwacht. Omdat het hier een bestemmingsplanwijziging betreft geldt onderstaand advies voor het gehele plangebied. Voor het noorden en westen van het plangebied zijn vooralsnog geen bodemroerende werkzaamheden gepland. Er zullen vooralsnog alleen bomen worden geplant. Het archeologisch niveau kan hier vanaf 55 centimeter beneden maaiveld worden aangetroffen. Met inachtneming van een marge van 30 cm adviseren wij bij werkzaamheden dieper dan 25 cm -mv alsnog een vervolgonderzoek te laten uitvoeren. Tot die tijd kan het gebied de huidige dubbelbestemming archeologie behouden. Dit geldt ook voor het gebied in het zuidoosten. Het archeologisch niveau kan hier vanaf 55
cm -mv worden aangetroffen. Op basis van de huidige plannen worden in het zuidoosten twee ruimte-voor-ruimte kavels met hierop nieuwbouwwoningen gerealiseerd. Met inachtneming van een marge van 30 cm adviseren wij hier een vervolgonderzoek uit te voeren bij bodemverstoringen die dieper reiken dan 25 cm -mv. Het betreft de stallen met mestkelder (minimale verstoring tot 0,80 meter (west) en 1,20 meter (oost) -mv) en een kleine zone in het westen van het plangebied. Binnen deze zone is de top van het archeologisch niveau naar verwachting niet meer intact. Daarom wordt er hier geen vervolgonderzoek noodzakelijk geacht. Ten hoogte van het mestbassin is de bodem tot tenminste 1,40 m -mv uitgegraven. In de zone waar onder voorwaarden een vervolgonderzoek wordt geadviseerd kan dit onderzoek ons inziens het beste plaatsvinden in de vorm van een proefsleuvenonderzoek (IVO-P). Selectiebesluit gemeente Oirschot:
voor alle zones met een hoge en middelhoge archeologische verwachting zal in het nieuwe bestemmingsplan een passende dubbelbestemming Waarde archeologie moeten worden opgenomen. In de verstoorde zones, die geen archeologische verwachting meer hebben en waar geen vervolgonderzoek meer nodig is, kan de dubbelbestemming archeologie vervallen.