Introductie In opdracht van de heer Westerlaken heeft RAAP Archeologisch Adviesbureau een karterend booronderzoek uitgevoerd in plangebied Heuvelkamp te Giessen in de gemeente Woudrichem. Het doel van dit onderzoek was het opsporen van archeologische vindplaatsen in het plangebied. Het onderzoek is een vervolg op een bureauonderzoek uit 2014. Daaruit is gebleken dat er in het gebied archeologische vindplaatsen in principe direct onder het maaiveld kunnen voorkomen. Derhalve werd vervolgonderzoek aanbevolen in de vorm van proefsleuven. De opdrachtgever heeft echter besloten om een karterend booronderzoek uit te laten voeren.Conclusies Het booronderzoek heeft uitgewezen dat in het plangebied zowel over- als komafzettingen van de Alm voorkomen. In grote delen van het plangebied is de bodem verstoord, maar uitgezonderd van de tot 1 m diep verstoorde boringen 2 en 5 kunnen in de overige boringen nog archeologische resten worden verwacht. Dit wordt ondersteund door de vondst van houtskool en verbrande leem in één boring. Bovendien is er ten noorden van deze boring een vrijwel intact bodemprofiel aangetroffen.Aanbevelingen Uit de resultaten van het onderzoek (d.w.z. de vondst van archeologische indicatoren in de vorm van houtskool en verbrande leem) blijkt dat zich in het plangebied waarschijnlijk een archeologische vindplaats (nederzetting?) uit de periode IJzertijd-Nieuwe tijd bevindt. Aanbevolen de plannen zodanig aan te passen dat de archeologische resten in de bodem behouden kunnen blijven. Dit houdt in dat bodemverstoringen niet dieper dan de bouwvoor (30 cm) mogen reiken. Indien aan deze voorwaarde kan worden voldaan, vindt geen verstoring van archeologische resten plaats en worden kosten voor eventueel nader onderzoek vermeden.Het vervolgonderzoek kan op twee manieren worden ingestoken:1) Indien de initiatiefnemer het complete bouwvlak (in termen van het bestemmingsplan) vrij wil hebben van het aspect archeologie, dan is het advies om binnen het bouwvlak te voorzien in een proefsleuvenonderzoek met een dekkingsgraad van 10% waarbij de sleuven zo worden aangelegd dat een uitspraak kan worden gedaan over het hele bouwvlak. De sleuven dienen minimaal 4 meter breed te zijn. Op basis van de resultaten blijkt òf en welke delen behoudenswaardige archeologische resten bevatten. Indien deze aanwezig zijn, dan wordt besloten of deze in de bodem behouden kunnen blijven (dubbelbestemming Waarde- Archeologie) of dat ze d.m.v. een archeologische opgraving moeten worden veiliggesteld.2) Indien alleen de bouwblokken (daar waar daadwerkelijk bodemverstoring gaat plaatsvinden) vrij van archeologie moeten worden verklaard, dan is het advies om over de twee geplande bouwblokken, zoals ze bij ons bekend zijn, een proefsleuf van 4 m breed aan te leggen over voldoende lengte. Indien behoudenswaardige archeologische resten aanwezig zijn, kan gelijk doorgestart worden naar het opgraven van het volledige bouwblok, dit in overleg met het bevoegd gezag; de gemeente Woudrichem. Hierop kan het bestaande PvE d.d. 26-05-2014 worden aangepast. Indien geen archeologische resten aanwezig zijn, dan zijn de bouwblokken vrij na het proefsleuvenonderzoek. Indien er een doorstart naar een opgraving plaatsvindt, dan zijn de bouwblokken vrij van archeologie na de opgraving.Let wel: deze optie beperkt zich tot de daadwerkelijk geplande bodemingrepen. Op het overgebleven gedeelte van het plangebied blijft de hoge archeologische verwachting van kracht.

Date: 2015-06-04