In opdracht van Bloeii Advies en Ontwikkeling heeft BAAC (onderzoeks- en adviesbureau voor Bouwhistorie, Archeologie, Architectuur- en Cultuurhistorie) tussen 22 maart 2012 en 17 april 2012 een archeologische begeleiding en een opgraving uitgevoerd in het plangebied Lage Giessen 4 te Hoornaar, gemeente Giessenlanden. Tijdens het onderzoek is een oppervlakte van 1425 m² onderzocht. Aan het onderzoek werd medewerking verleend door Transect Adviesbureau, meerdere specialisten van BAAC en BIAX Consult, en leden van de AWN, afdeling Lek en Merwestreek. Het plangebied ligt aan de straat Lage Giessen, tussen de oude kern en de nieuwbouwwijken van Hoornaar. Het wordt begrensd door de straat Lage Giessen in het zuiden, de rivier de Kromme Giessen in het noorden en percelen met woonhuizen in het westen en oosten. De aanleiding voor de archeologische begeleiding was de aanleg van een wegcunet, rotonde en een parkeerplaats. De aanleg was gepland rondom en deels ter plaatse van een in het landschap herkenbare terp. Omdat deze terp slechts gedeeltelijk zou worden aangesneden bij de civiele werkzaamheden, en omdat de locatie gedeeltelijk al verstoord was als gevolg van sloopwerkzaamheden, is aanvankelijk gekozen voor een archeologische begeleiding. Tijdens de begeleiding op 22 en 23 maart 2012 bleek dat er dieper gegraven werd dan eerder was aangegeven. Op dit dieper gelegen niveau werden sporen van een middeleeuwse boerderij ter plekke van de terp aangetroffen. Daarom is op 23 maart door de bevoegde overheid besloten om de middeleeuwse boerderij op te graven, aangezien behoud in situ niet mogelijk was. Hiervoor zijn tussen 2 en 16 april negen dagen uitgetrokken. Op 17 april heeft vervolgens het laatste gedeelte van de begeleiding plaatsgevonden. Uit de onderzoeksresultaten blijkt dat de omgeving van het plangebied aan het begin van de volle middeleeuwen bestond uit bosrijke landschappen afgewisseld met moerassen en grasland. Het landschap was grotendeels vlak, met enkele boven het maaiveld uitstekende donken. De boom- en plantengroei wijzen op een relatief natte omgeving, waar vooral wilg, els en grassen groeiden. In de 10de eeuw werd het natte landschap wat droger en zeker vanaf de tweede helft van de 10de eeuw werd het gebied bewoond en was er sprake van landbouw en veeteelt. In het vermoedelijk al grotendeels in percelen ingedeelde en in gebruik genomen landschap werd ter plekke van het onderzoeksgebied een terp aangelegd. Hierop kwam een nagenoeg noord-zuid georiënteerde bootvormige boerderij te staan, die volledig van lokaal elzenhout werd gebouwd. De lengte van de boerderij bedraagt 16,80 m, de maximale breedte bedraagt 9,10 m. De boerderij bestaat uit een hoofdbeuk en een zijbeuk aan de oostzijde. De hoofdbeuk heeft een maximale breedte van 7,10 m en de zijbeuk 2,00 m. De zes traveeën van de boerderij zijn opgebouwd uit zeven stijlenparen, allemaal ingegraven in paalkuilen. De stijlenparen aan beide kopse zijden bestaan uit twee sluitpalen of sluitstijlen, de overige stijlenparen bestaan uit twee dakdragende stijlen en een wandstijl aan de oostkant. De ingang van de boerderij bevond zich mogelijk tussen de noordelijke sluitpalen; misschien was er aan de zuidelijke kopse kant eveneens een ingang gelegen. Van de wandconstructie werden vermoedelijk enkele liggers aangetroffen. Tenminste twee stijlen en twee sluitpalen werden tijdens het functioneren van de boerderij vervangen. De bootvormige huisplattegrond is van een type dat voorkomt tussen 950 en 1125. In combinatie met vondstmateriaal zou de bouw van de boerderij in het eerste kwart van de 12de eeuw kunnen dateren. Het is niet zeker of de boerderij vanaf de bouw ingedeeld was in een woon- en bedrijfsgedeelte. Op een later tijdstip is dat wel duidelijk; er zijn twee fasen van binnenwanden aangetroffen, die het noordelijke woongedeelte van het zuidelijke stalgedeelte scheidden, waarbij het woongedeelte ongeveer een derde van het gebouw innam. In beide gedeelten werd de ondergrond verstevigd met houtpakketten. In het woongedeelte werden meerdere fasen van een haard en meerdere vloerniveaus aangetroffen.
Issued: 2017-07