In opdracht van Van Santvoort Advies heeft Transect b.v. in juni 2017 een archeologisch proefsleuvenonderzoek uitgevoerd in een plangebied aan de Abdijweg 10 in Borkel en Schaft (gemeente Valkenswaard).Tijdens het proefsleuvenonderzoek zijn dertien spoornummers uitgedeeld. Spoor 3 t/m 13 bleken natuurlijke verstoringen te zijn. Spoor 1 en 2 zijn paalsporen die niet nauwkeuriger gedateerd kunnen worden dan Laat-Neolithicum - Vroege-Middeleeuwen. Deze datering is gebaseerd op de stratigrafische positie van de paalsporen, namelijk in de top van het dekzand. De sporen bevatten geen vondsten, maken geen onderdeel uit van een gebouwstructuur en zijn al dan niet gelijktijdig. De vondsten binnen het plangebied omvatten drie metalen objecten, twee keramiekfragmenten en één onbewerkt vuursteenfragment en zijn allemaal aangetroffen tijdens de aanleg van de werkputten in het bouwlanddek dat vanaf de 19e eeuw is opgeworpen. De vondsten zijn gedateerd in de 16e - eind 19e eeuw.De bodemopbouw binnen het plangebied is vrij eenduidig. Bij een aantal profielen is sprake van een AC-profiel: onder het (verploegde) bouwlanddek (A-horizont) bevindt zich direct het pleistocene dekzand (C-horizont). Aan de basis van de A-horizont zijn vaak ploegsporen te onderscheiden. De A-horizont bestaat uit donkergrijsbruin, humeus, siltig zand. In profiel 11 is te zien dat de E- en B-horizont zijn opgenomen in de basis van het bouwlanddek. Het dekzand is lichtgrijs van kleur, is siltig en bevat in meer of mindere mate gleyverschijnselen.In profiel 4, 7, 8 en 9 is tussen de A- en C-horizont een (restant van de) BC-horizont gezien. In profiel 7 is zelfs nog een klein restant van de B-horizont waargenomen. Profiel 12 heeft de meest intacte bodemopbouw binnen het plangebied en heeft naast een A-, B-/BC- en C-horizont een zwak ontwikkelde E-horizont. In de A-horizont is tevens een wit gevlekte zandlaag te zien (ook in profiel 10 waargenomen). Onder de wit gevlekte laag bevindt zich het bouwlanddek en daarboven de bouwvoor. Uit de bodemopbouw blijkt dat de meest intacte profielen (A-(E-)B-BC-C-horizont) zich bevinden in de noordoost- en zuidwesthoek binnen het plangebied. Op basis van de resultaten van het proefsleuvenonderzoek en de waarderingstabel wordt geadviseerd om het plangebied vrij te geven. Er zijn slechts twee paalsporen aangetroffen die niet nauwkeurig gedateerd konden worden (Laat-Neolithicum - Vroege-Middeleeuwen), al dan niet gelijktijdig zijn en geen onderdeel uitmaken van een gebouwstructuur. De zes aangetroffen vondsten bevinden zich in het bouwlanddek dat is opgeworpen vanaf de 19e eeuw. Een proefsleuvenonderzoek is echter een steekproef. Daarom wordt vermeld dat de opdrachtgever volgens de Erfgoedwet verplicht is om archeologische waarden, die aangetroffen kunnen worden bij grondwerkzaamheden, te melden bij het bevoegd gezag, in deze de gemeente Valkenswaard.