Uit het bureauonderzoek is gebleken dat er mogelijk archeologische resten uit de prehistorie in het onderliggende zand aanwezig konden zijn. Hierbij werd de verwachting uitgesproken dat dit vooral kon worden verwacht waar de pleistocene lagen intact aanwezig zijn. Het verkennend booronderzoek heeft echter aangetoond dat deze pleistocene lagen en de daarbovenliggende holocene afzettingen (voornamelijk veen) sterk zijn verstoord. Er zijn tijdens het veldonderzoek geen archeologische indicatoren aangetroffen. Geconcludeerd kan worden dat de kans om archeologische resten van enige waarden aan te treffen zeer gering is.
Issued: 17 november 2008