In opdracht van CSO Adviesbureau heeft ADC ArcheoProjecten een bureauonderzoek uitgevoerd voor het plangebied Groot Bijsterveld in Oirschot. In het plangebied zal een wooncomplex met zorgaanbod worden gerealiseerd. Het onderzoek was noodzakelijk om te bepalen of bij de voorgenomen activiteiten de kans bestaat dat archeologische resten in de ondergrond worden aangetast.In het hele plangebied kunnen archeologische resten voorkomen uit alle archeologische perioden. De kans op het voorkomen van de resten is hoog. De archeologische resten komen voor onder het esdek en in de top van de oorspronkelijke C-horizont. Enkele van de nieuw te bouwen complexen worden op ongerepte grond gebouwd. We verwachten dat deze gebouwen eventueel aanwezige archeologische waarden gaan verstoren.Er werd een aanvullend inventariserend veldonderzoek op een gedeelte van het plangebied (in totaal ca. 0,6 ha) door middel van een verkennend en een karterend booronderzoek uitgevoerd, teneinde de op basis van het bureauonderzoek opgestelde gespecificeerde verwachting aan te vullen en te toetsen.De resultaten van het booronderzoek bevestigen de gespecificeerde verwachting van het bureauonderzoek en tonen de aanwezigheid van een esdek aan in het onderzochte deelgebied en ondersteunen de hoge archeologische verwachting binnen dit gebied.ADC ArcheoProjecten adviseert om in de gebieden met een hoge archeologische verwachting een inventariserend veldonderzoek uit te voeren door middel van het aanleggen van proefsleuven (IVO-P), teneinde gaafheid, omvang, datering en conservering van archeologische resten te onderzoeken. Het betreft alle te verstoren delen van het plangebied: de drie gebieden waarin het verkennend en karterend booronderzoek heeft plaatsgevonden (zie afbeelding 8) én de overige gebieden waar nieuwbouw gerealiseerd gaat worden. Er is immers noch informatie bekend over de verstoringsdiepte van de huidige bebouwing noch van die van de toekomstige bebouwing. Het is vooralsnog niet mogelijk om op basis van de resultaten de vindplaats te waarderen.De exacte invulling van de werkzaamheden dient te worden vastgelegd in een door het bevoegd gezag goed te keuren Programma van Eisen (PvE).Buiten de huidige nieuwbouwlocaties geldt vooralsnog eveneens een hoge archeologische verwachting. Hier dient het terrein middels een aanlegvergunningenstelsel beschermd te worden. Dit betekent dat er in de toekomst bij grondwerkzaamheden van 30 cm en dieper alsnog een archeologisch waarderend onderzoek plaats zal moeten vinden, conform de Monumentenwet 1988 en het provinciale streekplan.