AdviesMUG Ingenieursbureau adviseert om geen verder archeologisch onderzoek uit te voeren. OnderzoekEr zijn op de locatie en toegangsweg naar molen OH 04 geen archeologische indicatoren aanwezig. De gewijzigde ingrepen op de locaties van de molens OH 02, OH 09 en OH 17 vallen niet binnen gebieden met een hoge archeologische verwachting en hier is geen verder onderzoek noodzakelijk. De gewijzigde toegangsweg naar molen OH 05 komt op het maaiveld te liggen. De leidingtracés tussen de molens liggen vooral in opgebrachte grond of in natuurlijke afzettingen. Een deel van de leidingtracés ligt in leidingstraten. Deze zijn al op voorhand in overleg met het bevoegd gezag vrijgegeven. Tussen de molens OH 02 en OH 09 loopt een deel van het leidingtracé door de wierde van Heveskesklooster en schampt hier ook de top van het intacte dekzand. Ook het leidingtracé bij molen OH 15 schampt de wierdelagen van Oterdum. Gezien de profielopbouw van de leidingsleuven zal archeologisch onderzoek geen meerwaarde hebben ten opzichte van de nu bekende gegevens.Het bevoegd gezag, provincie Groningen, onderschrijft het bovenstaande advies. Het onderzoek is met zorg uitgevoerd. Indien toch archeologische waarden aanwezig blijken te zijn binnen de vrijgegeven gebieden, geldt de wettelijke meldingsplicht hiervan (artikel 5.10 van de Erfgoedwet) om het documenteren van toevalsvondsten te garanderen: “Degene die anders dan bij het verrichten van opgravingen een vondst doet waarvan hij weet dan wel redelijkerwijs moet vermoeden dat het een archeologische vondst betreft, meldt dit zo spoedig mogelijk bij onze minister”. Deze aangifte dient te gebeuren bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (vondstmelding via Archis). De melding dient ook bij de provincie gedaan te worden (zie colofon voor contactgegevens).
