Op grond van de resultaten van het bureau- en veldonderzoek adviseert Econsultancy om het centraal- noordelijke, centraal-oostelijke en zuidelijke deel van het plangebied (zie afbeelding 16), daar waar sprake is van een intact bodemprofiel, nader te onderzoeken door middel van een IVO karterende fase. Behoud van de archeologische vindplaats bij een niet aangepaste uitvoering van de huidige plannen is, gezien de geringe diepteligging en de kwetsbaarheid van de eventueel aanwezige archeologische resten niet mogelijk.Binnen het noordelijke, centraal-westelijke en centraal-zuidoostelijke deel van het plangebied, waar het bodemprofiel verstoord is en waar dus zijn geen aanwijzingen voor de aanwezigheid van archeologische vindplaatsen zijn aangetroffen, worden geen aanbevelingen ten aanzien van behoud van archeologische waarden of vervolgonderzoek gedaan.Dit selectieadvies is voorgelegd aan het bevoegd gezag in kwestie, Burgemeester en Wethoudersvan de gemeente Emmen, Afdeling FRO, en door middel van een selectiebesluit als zodanig bekrachtigd (beoordelingsbrief van de gemeente Emmen, kenmerk: 20090983, d.d. 12 november 2010). Mochten tijdens de graafwerkzaamheden in het noordelijke, centraal-westelijke en centraalzuidoostelijke deel van het plangebied toch archeologische waarden worden aangetroffen, dan dient hiervan melding te worden gemaakt conform artikel 47 van de monumentenwet 2007. Melding vanarcheologische waarden kan plaatsvinden bij het Ministerie van OCW (de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed: ARCHIS-meldpunt, telefoon 033-4227682), de gemeente of de provincie.