In verband met de geplande aanleg van een zwemplas is een inventariserend archeologisch veldonderzoek uitgevoerd aan de Paasloërweg 12 te Paasloo, gemeente Steenwijkerland, provincie Overijssel. Door de aanleg van de zwemplas zullen eventueel aanwezige archeologische resten verloren gaan. Het doel van het onderzoek is om vast te stellen wat de kans is op de aanwezigheid van archeologische waarden.Het onderzoek bestaat uit een bureau- en een veldonderzoek. Bij het bureauonderzoek zijn bronnen geraadpleegd op het gebied van fysische geografie, archeologie en historische geografie. Bij het veldonderzoek is een veldkartering uitgevoerd en zijn acht verkennende boringen geplaatst om de gaafheid en opbouw van de bodem te bepalen en te zoeken naar archeologische indicatoren.Uit het bureauonderzoek blijkt dat Paasloo op een glaciale rug ligt. Door oprukkend veenmoeras raakte deze rug tijdens het Neolithicum steeds verder geïsoleerd. Archeologische waarden in de omgeving dateren overwegend uit het Neolithicum en de late middeleeuwen. Tijdens het veldonderzoek zijn zes stukken vuursteen verzameld. Hiervan vertonen er vier bewerkingssporen en twee zijn verbrand. De vondsten zijn een aanwijzing voor menselijke activiteiten tijdens de steentijd. Echter de gaafheid van de bodem in het onderzoeksgebied is matig. Daardoor zullen geassocieerde archeologische grondsporen zoals bijvoorbeeld van paalgaten of haardkuilen zijn aangetast. Wel kunnen diepere delen van sporen bewaard gebleven zijn. Daarom luidt het advies om de aanleg van de zwemplas onder archeologische begeleiding te laten uitvoeren.