Deze man bracht zijn jeugd door in Batavia, tot vader met verlof ging naar Nederland en hij meeging in 1936. Na een half jaar vertrok zijn vader weer, maar zelf bleef hij in Den Haag in de kost en volgde er de HBS. In 1938 ging hij in Delft studeren en werd aangenomen bij de Batavia-China-Japan Lijn, maar moest eerst in dienst. Tijdens de meidagen 1940 lag hij met het 12de Regiment Infanterie in de omgeving van Velsen en Haarlem gelegerd. Na de capitulatie van Nederland mocht iedereen na enkele weken naar Huis gaan. Bij de binnenlandse strijdkrachten werd deze man later pelotonscommandant. Na de oorlog wilde hij graag overstappen naar het Korps Mariniers, omdat ze daar technische officieren zochten. Maar het korps zat vol. Daarom monsterde hij aan als onderofficier bij de mariniers en werd hij in een nog te vormen genie-bataljon geplaatst, waarmee hij vervolgens naar Indië werd gestuurd. In 1946 kwam hij aan in Indië, als het ware weer thuis. Maar de situatie was hier inmiddels heel anders dan voor de oorlog!