In opdracht van de gemeente Loon op Zand heeft BAAC een proefsleuvenonderzoek en een opgraving uitgevoerd in plangebied Snelfietsroute F261 te Kaatsheuvel, in de gemeente Loon op Zand. De aanleiding voor het onderzoek is de voorgenomen aanleg van een snelfietsroute in het plangebied waarbij een gerede kans bestaat dat archeologische waarden vernietigd zullen worden.Op een licht afhellende dekzandrug zijn twee vindplaatsen aangetroffen.Vindplaats 1 betreft off-site sporen in de vorm van enkele paalsporen, kuilen, greppels en een weg. Deze sporen zijn aan de inrichting van het landschap te relateren en dateren uit de late middeleeuwen-nieuwe tijd. Vindplaats 2 bestaat uit het M.A.St.-terrein dat de Duitsers in 1941 hebben opgezet en dat tot 1944 in gebruik was. Op dit terrein werd munitie opgeslagen. De aangetroffen sporen bestaan uit muurwerk, puinfundering, paalsporen, kuilen, greppels en een weg. De meeste sporen behoren toe aan een kantine die op deze locatie heeft gestaan. Het gebouw lag aan een weg die aan de westzijde was afgesloten en richting het oosten het terrein opliep naar de munitieopslag.Het vondstmateriaal bestaat uit aardewerk, dierlijk bot, glas, metaal, kunststof en natuursteen dat grofweg tussen 1800 en 2000 dateert. De nadruk van de vondsten ligt echter tussen 1930 en 1960. Het aardewerk en glas is te relateren aan de kantine en/of het café en bestaat uit met name fragmenten van borden en kopjes (aardewerk) en glazen, flessen en vensterglas (glas). Het metaal bestaat uit munitie en explosieven, prikkeldraad van de omheining en voorwerpen die zijn achtergelaten bij de opruimacties van het terrein na de oorlog.Het noordelijk deel van het plangebied ter hoogte van de proefsleuven 3 tot en met 7 is vrijgegeven voor verdere ontwikkelingen. Het zuidelijk deel, ter hoogte van proefsleuven 1 en 2, is eerst door middel van een opgraving (werkput 1) nader onderzocht. Ook dit deel is vrijgegeven voor verdere ontwikkelingen. De verwachting is dat op de percelen ten zuiden en westen van het plangebied mogelijk nog sporen behorende tot het M.A.St.-terrein kunnen worden aangetroffen, waaronder sporen van de omheining. Ten oosten van het plangebied, aan de andere zijde van de N261, zullen nog sporen van het M.A.St.-terrein aanwezig zijn. Ten westen van het plangebied worden sporen van een erf uit de (late) middeleeuwen-nieuwe tijd verwacht. Verder zuidelijk kunnen nog steeds sporen uit de prehistorie, behorende tot het monument, worden gevonden. Dit monument betreft een nederzetting uit de late bronstijdvroege ijzertijd op 650 m ten zuiden van het plangebied. Bij onderzoek zijn huisplattegronden, bijgebouwen, kuilen en een omheining aangetroffen.