In opdracht van de gemeente Stichtse Vecht heeft Antea Group in maart 2016 een archeologisch onderzoek uitgevoerd. Het onderzoek heeft bestaan uit een bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek door middel van boringen (verkennende fase). Dit in het kader van een bestemmingsplanwijziging van het plangebied dat tussen de Oude Maarsseveense Vaart / Thorbeckelaan en Doctor Plesmanlaan in Maarssen ligt (gemeente Stichtse Vecht) en als Daalse Hoek wordt aangeduid. De aanleiding tot het archeologisch onderzoek is de ontwikkeling van een zogenaamd integraal kindcentrum binnen plangebied Daalse Hoek. Voor de herontwikkeling dient het bestemmingsplan te worden gewijzigd. In het kader hiervan worden diverse deelonderzoeken uitgevoerd, waaronder archeologie. Op de archeologische beleidskaart van de gemeente Stichtse Vecht kent het plangebied grotendeels een middelhoge verwachting voor het aantreffen van archeologische resten en een klein deel waar geen verwachting is op het aantreffen van archeologie. In de zone met een middelhoge verwachting geldt dat bij indien ingrepen dieper dan 30 cm plaatsvinden over een oppervlakte van 1.000 m2 of meer dat archeologisch onderzoek noodzakelijk is. Uit het bureauonderzoek blijkt dat plangebied op een rivieroeverwal van de Vecht ligt. In theorie kunnen hier resten vanaf de ijzertijd worden aangetroffen. In de omgeving van het plangebied worden vooral sporen vanaf de middeleeuwen en nieuwe tijd zijn aangetroffen. Gezien de ligging van de oeverwal direct aan het maaiveld worden archeologische resten direct onder maaiveld verwacht. Vanwege de bouwactiviteiten en mogelijke afgravingen in verband met baksteenproductie is het plangebied (en de archeologische resten) mogelijk reeds verstoord. Om inzicht te krijgen in de bodemopbouw en de eventuele verstoringen is een inventariserend veldonderzoek door middel van boringen- verkennende fase uitgevoerd. Uit het booronderzoek blijkt dat binnen het plangebied Daalse Hoek geen aanwijzingen zijn gevonden voor de aanwezigheid van een archeologische vindplaats. Het booronderzoek bevestigt dat het plangebied waarschijnlijk (grotendeels) is afgegraven voor de baksteenproductie. Op basis van de resultaten van het booronderzoek wordt geen verder archeologisch onderzoek geadviseerd, er worden geen archeologische waarden verwacht binnen het plangebied. In het nieuwe bestemmingsplan hoeft geen dubbelbestemming “waarde-archeologie” voor dit plangebied te worden opgenomen.Het is aan de gemeente Stichtse Vecht om dit advies over te nemen of anders te besluiten middels een selectiebesluit. De gemeente Stichtse Vecht heeft aangegeven in te stemmen met het selectieadvies.