ADC ArcheoProjecten in maart 2025 een inventariserend veldonderzoek in de vorm van een verkennend booronderzoek uitgevoerd op de locatie Driemanssteeweg naast 560 in Rotterdam, gemeente Rotterdam. Het booronderzoek volgt op een in april 2024 door Archeologie Rotterdam (BOOR) uitgevoerd beknopt bureauonderzoek naar de kans op de aanwezigheid van archeologische waarden op onderhavige locatie. Het bureauonderzoek is opgenomen in het Programma van Eisen (PvE), waarin de werkwijze van het booronderzoek is vastgelegd. De aanleiding voor de onderzoeken betreft de voorgenomen nieuwbouw van bedrijfspanden. Voor deze binnenplanse omgevingsplanactiviteit (OPA) is een omgevingsvergunning nodig. Het bureauonderzoek resulteerde in een gespecificeerde archeologische verwachting voor het plangebied. Deze verwachting luidt als volgt: Voor het gehele plangebied geldt dat er een lage verwachting is voor de aanwezigheid van archeologische sporen uit het Neolithicum in de top van stroomgordelsedimenten behorend tot de Formatie van Echteld en een middelhoge verwachting voor de aanwezigheid van sporen uit de Late Middeleeuwen A en B tot 1373 in de top van het veen behorend tot de Formatie van Nieuwkoop. De kans op de aanwezigheid van archeologische waarden uit de Late Middeleeuwen A en B tot 1373 wordt als middelgroot ingeschat omdat: • Even ten zuidoosten van het plangebied in de gemeente Albrandswaard een nederzettingsterrein met vier licht opgehoogde erven met resten van vijf huizen uit de periode 1125 - begin 13e eeuw zijn ontdekt en gedocumenteerd. De sporen kunnen in verband worden gebracht met de in 1373 verdronken nederzetting Pendrecht (…). • Het plangebied zich in het gebied van de na de overstroming van 1373 in 1539 gevormde polder Oud-Pendrecht bevindt. De archeologische verwachting voor IJzertijd en Romeinse tijd is onbekend. In dit gebied zijn niet eerder resten gevonden uit deze perioden, wel zuidelijker (en noordelijker). Het is lastig een exacte diepte aan te geven waarop de archeologische waarden kunnen worden verwacht. Afgaand op de resultaten van onderzoeken in de gemeenten Albrandswaard en Barendrecht bevindt de top van het veen (Formatie van Nieuwkoop) zich veelal binnen 2 meter beneden het maaiveld. Dit betekent dat de bovenste 2 meter hoogstwaarschijnlijk het meest kansrijke bodemtraject is (…). Van het bodemtraject dieper dan 5 meter beneden het maaiveld is geen of slechts in zeer beperkte mate informatie beschikbaar. Om deze reden kan voor de periode vóór het Neolithicum geen archeologische verwachting worden opgesteld. Om bovenstaande verwachting te toetsen en aan te vullen is in het plangebied een verkennend booronderzoek uitgevoerd.