BAAC heeft een archeologisch vooronderzoek in de vorm van een bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek verkennend booronderzoek) uitgevoerd in het plangebied Franse Baan/Ardèchelaan te Eindhoven, gemeente Eindhoven. Aanleiding voor het onderzoek is sloop van de bestaande panden, de bouw van nieuwe panden en de herinrichting van de bestaande wegen binnen het plangebied.
Uit het bureauonderzoek is gebleken dat het plangebied op de overgang van een dekzandrug naar de dalvormige laagte van de Ekkersrijt ligt. Het plangebied bevindt zich in een relatief droog deel waar hoge zwarte enkeerdgronden zijn gevormd. In ieder geval in het begin van de 19e eeuw bevond zich een erf in het plangebied, waarschijnlijk is het erf ouder. In 1973 is de boerderij afgebrand. De huidige bebouwing stamt uit het einde van de 20e eeuw. Het oorspronkelijke reliëf in en rond het plangebied is geëgaliseerd voorafgaand aan de aanleg van de woonwijk. De aanleg van kabels en leidingen in het plangebied heeft de bodem lokaal ondiep verstoord. De bestaande panden zijn minstens 110 cm -mv gefundeerd waardoor het archeologisch niveau verstoord is. Ongeveer 700 m ten oosten van het plangebied zijn vele archeologische resten aangetroffen op de dekzandrug uit de periode mesolithicum tot nieuwe tijd.
Op basis van het bureauonderzoek geldt er voor het zuidwesten van het plangebied een archeologische waarde ter plaatse van het historische erf en een hoge verwachting voor de niet als verstoord aangewezen delen op de gemeentelijke verwachtingskaart. Specifiek worden er archeologische resten uit de alle periodes verwacht onder het esdek vanaf 50 tot 100 cm -mv. Voor het noorden van het plangebied geldt een lage verwachting vanwege de verwachtte bodemverstoring tijdens de bouw van de wijk.
Het archeologisch niveau in het plangebied is grotendeels intact, alleen ter plaatse van boring 2 en 3 is de top van de C-horizont ondiep geroerd. De voormalige cultuurlaag is in alle boringen aangetroffen en is maximaal 45 cm dik, er is dan ook geen sprake van de verwachte hoge zwarte enkeerdgronden. Ter plaatse van de historische bebouwing zijn fragmenten baksteen aangetroffen in het opgeboorde materiaal. De verwachte bodemverstoring in het vrijgestelde deel van het plangebied is minder ernstig dan verwacht. Met name buiten de bestaande bebouwing is de aanwezigheid van archeologische resten niet uitgesloten. De verwachting voor deze delen kan bijgesteld worden naar hoog. Voor het zuidelijke deel van het plangebied kan de archeologische verwachting uit het bureauonderzoek op basis van de resultaten van het veldonderzoek gehandhaafd blijven.
BAAC adviseert om bij bodemverstorende activiteiten een vervolgonderzoek door middel van een proefsleuvenonderzoek uit te laten voeren in het hele plangebied met uitzondering van de bestaande bebouwing. De gemeente onderschrijft dit advies. Voor het deel van het plangebied dat niet is vrijgesteld, is de initiatiefnemer verantwoordelijk voor de kosten van het vervolgonderzoek. Voor het vrijgestelde deel ligt het besluit over vervolgonderzoek bij de gemeente, die eventueel de bijbehorende kosten op zich neemt.
