Inventariserend Veldonderzoek, karterend fase Overhorsterweg 37 te Voorthuizen

DOI

Op grond van de maaiveldhoogte en de diepte beneden maaiveld waarop het dekzand is aangetroffen, blijkt dat de dekzandrug ten noorden van het plangebied zich uitstrekt tot in het plangebied en afhelt in zuidelijke richting. Gezien de aanwezigheid van veen op het dekzand in boring 1 kan er vanuit worden gegaan dat door de lage en natte ligging zich hier geen podzol heeft kunnen ontwikkelen. Mogelijk geldt dit ook voor boring 5, die ook relatief laag gelegen is. De boringen 2-4 liggen op het hogere deel van het terrein en hier zijn dan ook verploegde resten van een podzolbodem onder het plaggendek aangetroffen. Het is zeer goed mogelijk dat het plaggendek in 1 keer is opgebracht om het lager gelegen deel van de dekzandrug geschikt te maken voor landbouw, zoals op grond van boring 5 wordt vermoed en ook al in het advies van de regioarcheoloog werd geopperd. Bij het onderzoek zijn geen archeologische indicatoren aangetroffen die wijzen op de aanwezigheid van een vindplaats. Dit betekent dat de middelhoge verwachting voor alle archeologische perioden, opgesteld in het advies van de regioarcheoloog, kan worden bijgesteld naar laag.Op grond van de resultaten van het onderzoek acht Archeodienst BV een archeologisch vervolgonderzoek niet noodzakelijk.

Date: 2015-10-08

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-xka-ntrq
Metadata Access https://archaeology.datastations.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=doi:10.17026/dans-xka-ntrq
Provenance
Creator E.A. Schorn
Publisher DANS Data Station Archaeology
Contributor E. A. Schorn; Archeodienst BV
Publication Year 2016
Rights CC0 1.0; info:eu-repo/semantics/openAccess; http://creativecommons.org/publicdomain/zero/1.0
OpenAccess true
Contact E. A. Schorn (KSP Archeologie vof)
Representation
Resource Type Dataset
Format application/pdf; text/xml
Size 2092883; 4716; 4602; 962; 3444
Version 1.0
Discipline Humanities