In opdracht van Juridisch Adviesbureau Van der Aa B.V. heeft RAAP Archeologisch Adviesbureau een bureau- en verkennend booronderzoek uitgevoerd in plangebied Leerlooierspad te Sint- Oedenrode. Het doel van dit onderzoek was het verkrijgen van inzicht in de archeologische resten die in het plangebied verwacht worden en de te verwachten fysieke kwaliteit daarvan. Middels het bureauonderzoek zijn gegevens verzameld over de landschappelijke en archeologische context van het plangebied, op basis waarvan een archeologische verwachting is opgesteld. Deze gegevens zijn middels een booronderzoek in het veld getoetst. Uit de resultaten van het bureauonderzoek blijkt dat het plangebied gunstig ligt op de overgang van een dekzandrug naar het beekdal van de Dommel. Hoewel in dit milieu vuursteenvondsten van jager-verzamelaars voor kunnen komen, zijn ze door eeuwenlange activiteiten nadien verstoord. Dit wordt ook bevestigd door het veldonderzoek, waarbij een verstoorde laag onder het sinds de Middeleeuwen opgebrachte humeuze dek (plaggendek) aangetroffen is. Wel worden in het plangebied gave resten van nederzettingen uit de late Prehistorie tot Nieuwe tijd verwacht onder en in het plaggendek. De resultaten van het veldonderzoek bevestigen dit grotendeels. De verwachte hoge zwarte enkeerdgronden zijn aangetroffen, waardoor de hoge archeologische verwachting voor vindplaatsen van landbouwers bevestigd wordt. In één boring is een mogelijk grondspoor aangetroffen. Geconcludeerd wordt dat in het plangebied intacte archeologische resten onder de bouwvoor kunnen voorkomen, die bij de geplande bodemingrepen verstoord kunnen worden. Indien de ontgravingsdiepte beperkt kan blijven tot 60 cm -Mv (onderkant recente bouwvoor), dan blijven eventuele archeologische resten ter plaatse bewaard en hoeft geen archeologisch vervolgonderzoek plaats te vinden. Indien dit echter niet mogelijk is, dan worden eventuele archeologische resten uit de Late Middeleeuwen-Nieuwe tijd in het plaggendek geroerd en dient wel archeologisch vervolgonderzoek plaats te vinden. Dit kan gezien de geringe omvang van de geplande ingreep gebeuren middels een archeologische begeleiding van het uitgraven van de bouwput. Dit onderzoek dient inzicht te verschaffen in de aard, omvang, datering, diepteligging, gaafheid, conservering en waarde van deze archeologische resten. Indien het om waardevolle resten gaat, kunnen ze direct opgegraven worden. Een dergelijke archeologische begeleiding dient uitgevoerd te worden conform een vooraf opgesteld Programma van Eisen (PvE). Het PvE dient te zijn goedgekeurd door de bevoegde overheid.
Date: 16/04/2013 (veldwerk)