In opdracht van Aannemersbedrijf Louis Scheepers heeft ADC ArcheoProjecten een Archeologische Begeleiding protocol Opgraven en een Opgraving uitgevoerd in het plangebied Veuskeshoof te Stramproy. Reden voor dit onderzoek was de voorgenomen nieuwbouwplannen in het gebied. Dit plangebied werd in twee fases gesloopt en bebouwd. Gedurende fase 1 is de zuidelijke helft van het gebied gesloopt en bebouwd en gedurende fase 2 de noordelijke helft. Vooronderzoek in de vorm van bureauonderzoek en veldinspectie, uitgevoerd door RAAP ArcheologischAdviesbureau, heeft uitgewezen dat een intact esdek aanwezig was en mogelijk bewoningssporen aanwezig zouden kunnen zijn uit de perioden van voor de Late Middeleeuwen (tabel 1). Het archeologische onderzoek in het plangebied heeft in drie delen plaatsgevonden. Overeenkomstig de bouw, is het archeologische onderzoek verspreid over twee jaar uitgevoerd. Deel 1 (december 2005 - januari 2006) en deel 2 (april 2006) zijn in het zuidelijke deel uitgevoerd (fase 1). Deel 3 (juni 2007) vond plaats in het noordelijke deel van het onderzoeksterrein (fase 2). In dit rapport wordt het onderzoek beschreven dat in de verschillende stadia is uitgevoerd. Het gebied ligt in een dekzandlandschap dat ter plaatse is afgedekt door een esdek. Tijdens een inventariserende bouwbegeleiding werden onder het esdek grondsporen uit de Romeinse tijd gevonden, naast resten van na het ontstaan van de es. Uitsluitend gedurende de begeleiding in deelgebied 1 zijn archeologische resten aangetroffen. Ter plaatse van de funderingssleuven die in deel 2 zijn aangelegd, zijn geen archeologische resten aangetroffen. Er is tot op de ongestoorde bodem gegraven. Ook bij de aanleg van de nutsleidingen in deel 3 zijn geen archeologische resten naar boven gekomen. De sleuven zijn dermate ondiep aangelegd, dat verstoring tot boven het dekzand beperkt is gebleven.Tijdens de opgravingen die gedurende deel 1 zijn uitgevoerd, zijn slechts in de werkputten 1, 7 en 8 archeologische resten aangetroffen. Hier zijn enkele kuilen aangetroffen die in de tweede eeuw gedateerd kunnen worden. De overige werkputten waren ofwel verstoord, ofwel slechts tot op of boven het esdek aangelegd. Wat betreft de algehele status van het onderzoeksterrein kan worden gesteld dat het zuidelijke deel (fase 1) volledig archeologisch is onderzocht. Het noordelijke deel (fase 2) daarentegen, zal,indien bodemkundige ingrepen zullen plaatsvinden, nader moeten worden onderzocht.Betreffende de verwachting van de aangrenzende gebieden, wordt in het algemeen aanbevolenin deze gebieden archeologisch onderzoek uit te voeren, conform de AMZ-cyclus. De verwachting voor het ene aangrenzende terrein is duidelijker dan voor het andere aangrenzende terrein. Voor het gedeelte ten noorden van het huidige plangebied kan geen enkele verwachting worden opgesteld, daar in het noordelijke deel van het plangebied niet is verstoord tot op het archeologisch leesbare vlak.