In opdracht van de gemeente Ede heeft ADC ArcheoProjecten een inventariserend veldonderzoek uitgevoerd voor het plangebied Goudenstein 2 in Ede (Gld.). In het plangebied zal woningbouw gerealiseerd worden. Het onderzoek was noodzakelijk om te bepalen of bij de voorgenomen activiteiten de kans bestaat dat archeologische resten in de ondergrond worden aangetast.Het plangebied ligt in een gebied met een hoge verwachtingswaarde voor alle perioden. Eventueel aanwezige archeologische vindplaatsen zijn vermoedelijk goed beschermd door de aanwezigheid van een esdek. In de directe omgeving is een grote vindplaats uit de Romeinse tijd bekend.Acht van de 26 boringen vertonen een intact esdek, nl. 1, 13, 14, 15, 19, 20, 21 en 24. De boringen die een humeuze laag bezitten tussen 10 en 50 cm en geen duidelijke verstoring vertonen zijn: 6, 12, 17, 18, 21 en 22. Van boringen 4 en 5 kon niet met zekerheid vastgesteld worden of ze een verstoord bodemprofiel hebben. De overige boringen interpreteren we als verstoord.In boring 21 werd vermoedelijk verbrande klei of zacht aardewerk aangetroffen tussen 120 en 150 -mv.ADC ArcheoProjecten adviseert om in de gebieden met een hoge archeologische verwachting een inventariserend veldonderzoek uit te voeren door middel van het aanleggen van proefsleuven (IVO-P), teneinde gaafheid, omvang, datering en conservering van archeologische resten te onderzoeken. Het betreft de gebieden in de omgeving van boringen met een intact bodemprofiel.De exacte invulling van de werkzaamheden dient te worden vastgelegd in een door de bevoegde overheid goed te keuren Programma van Eisen (PvE). Het is niet uit te sluiten dat buiten de vindplaats toch nog archeologische resten voorkomen. Daarom merken wij op dat het aanbeveling verdient om de uitvoerder van het grondwerk te wijzen op de plicht archeologische vondsten te melden bij de bevoegde overheid, zoals aangegeven in de Monumentenwet 1988 en de Wet op de Archeologische Monumentenzorg.