RAAP heeft op 6 december 2018 een archeologische opgraving uitgevoerd in het kader van het project ‘Realisatie Molenplein’ in de gemeente Katwijk. Aanleiding voor dit onderzoek vormde het voornemen om de locatie van de molen beleefbaar te maken in de vorm van een ‘molenplein’ met zitelementen. Omdat bij realisatie van het Molenplein de aanwezige resten beschadigd konden raken, was door de bevoegde overheid besloten dat de aanwezige archeologische resten dienden te worden opgegraven.In het vlak zijn de vier stiepen of teerlingen van de standerdmolen aangetroffen. De afmetingen van deze teerlingen zijn verschillend. Wat opviel was dat de teerling in noord(oost)en duidelijk kleiner is en die in het (zuid)oosten duidelijk groter dan de andere twee. De basis van de kleinste teerling bestaat uit laat middeleeuwse kloostermoppen. De kloostermoppen worden gedateerd in de 13e eeuw en zijn dus hergebruikt. Dit veronderstelt een samenhang met bijvoorbeeld de Abdij van Rijnsburg die in 1574 werdverwoest; mogelijk zijn hiervan stenen gebruikt. De andere stenen worden gedateerd in de 17e tot 19e eeuw.De teerlingen zijn half opgenomen in de cirkelvormige fundering van de uit 1700 daterende grondzeiler. De fundamenten van de voorganger liggen daarmee op exact dezelfde plek als de navolger en lijken hergebruikt te zijn in de fundering van de grondzeiler. De aard van de vondsten is consistent met de verwachting. Er werd eenvoudig gebruiksaardewerk aangetroffen, in merendeel daterend uit de 17e en 18e eeuw. Slechts een paar vondsten bleken eenduidig in de eerste fase, die van de standerdmolen, te dateren. Aardig was de vondst van het fragment van een maalsteen van vesiculaire lava.Inmiddels is het Molenplein gerealiseerd en is een deel van de originele fundamenten hier zichtbaar.