In het plangebied zijn zes boringen gezet tot maximaal 400 cm -mv. Daaruit blijkt dat in het plangebied een omgewerkte laag, op komafzettingen, op oeverafzettingen op beddingafzettingen aanwezig is. De top van de beddingafzettingen ligt op 270 cm -mv. De bovenste laag van 90 tot 150 cm dik wordt geïnterpreteerd als een recent (twintigste eeuwse) omgewerkte laag. Deze laag is vermoedelijk ontstaan bij debouw- en sloopwerkzaamheden in het plangebied. Er zijn geen aanwijzingen voor archeologische waarden. Bureau voor Archeologie adviseert het plangebied vrij te geven voor de voorgenomen ontwikkeling.