In opdracht van De Dommel Veldhoven bv heeft Archaeological Research & Consultancy (ARC bv) een uitbreiding van het eerder uitgevoerde Archeologisch Inventariserend Veldonderzoek door middel van proefsleuven (IVO) gerealiseerd en een definitieve archeologische opgraving (DAO) uitgevoerd op een terrein aan de Voorderstraat te Riethoven, gemeente Bergeijk. Op termijn is op het betreffende terrein woningbouw voorzien. Het archeologisch onderzoek diende te worden uitgevoerd omdat realisatie van deze plannen zou kunnen leiden tot aantasting of vernietiging van mogelijk aanwezige archeologische waarden.Het veldwerk is uitgevoerd in april 2005.Conclusie:Het archeologisch onderzoek aan de Voorderstraat te Riethoven heeft aangetoond dat het betreffende terrein in de loop der eeuwen intensief gebruikt is. Uit de onderzoeksanalyses blijkt dat het gebied waarschijnlijk in de periode vanaf het Laat-Neolithicum tot de Late Bronstijd en zeker al in de Midden-IJzertijd in gebruik was. Ook zijn op het terrein archeologische resten gevonden die getuigen van menselijke activiteit op de betreffende locatie in de Late Middeleeuwen en de Nieuwe Tijd. Voor gebruik van het terrein in de tussenliggende periode, vanaf de Late IJzertijd tot de Late Middeleeuwen, zijn echter geen aanwijzingen gevonden.De vermoedelijk oudste resten die te Riethoven-Voorderstraat werden aangetroffen dateren uit de periode vanaf het Laat-Neolithicum tot en met de Midden-Bronstijd. Het betreft een concentratie van paalkuilen die tezamen een palenkrans vormen. De palenkrans is ge¨ınterpreteerd als onderdeel van een grafheuvel en voor de datering van de structuur is uitgegaan van de typologie zoals deze opgesteld is door Glasbergen (1954).De archeologische resten die uit de Midden-IJzertijd dateren zijn beperkt. Welgeteld een kuil heeft aardewerk opgeleverd dat aan deze periode kan worden toegekend. Het aardewerk dat uit de Late Middeleeuwen dateert is afkomstig uit een kuil en een drietal greppels. Daarnaast zijn zeven greppels in deze periode gedateerd op grond van de kleur en structuur van de spoorvullingen.De jongste sporen van gebruik binnen het opgegraven terreindeel dateren uit de Nieuwe Tijd. Het betreft voornamelijk greppels, een brede sloot en enkele, verspreid over het terrein aangetroffen, (afval)kuilen.Door de relatief slechte conserveringsomstandigheden op de zandgronden, is de informatie die aan de vindplaats kan worden onttrokken beperkt. In een breder kader vormen de archeologische resten dan ook geen unieke informatiebron voor de aangetroffen perioden. Wel is de aangetroffen palenkrans een welkome aanvulling op reeds bekende informatie over grafheuvels.
Date: 2005
