Locatie B 17, Ottoland (gemeente Molenlanden)

DOI

ADC ArcheoProjecten heeft in november/december 2019 een bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek uitgevoerd op de locatie B17 te Ottoland.De aanleiding van het onderzoek is de renovatie/herbouw van de uitgebrande woning en schuur, alsmede de bouw van twee nieuwe woningen achter op het perceel.Doel van het onderzoek is vast te stellen of de werkzaamheden kunnen leiden tot aantasting van eventueel aanwezige archeologische waarden. Het bureauonderzoek was erop gericht om voor het plangebied de bekende archeologische waarden te inventariseren en een verwachting op te stellen voor nog onbekende archeologische waarden. Het veldonderzoek had tot doel inzicht te krijgen in de vormeenheden van het landschap en het toetsen en nader aan scherpen van de gespecificeerde archeologische verwachting. Op basis hiervan is een advies gegeven over de noodzaak van eventueel vervolgonderzoek.Op basis van het bureauonderzoek gold een middelhoge verwachting voor vindplaatsen uit de periode Late Middeleeuwen -Nieuwe tijd. Deze verwachting hangt samen met de ligging van het plangebied, nét ten oosten van het laatmiddeleeuwse ontginningslint van Ottoland/Laag-Blokland.Verder gold een hoge verwachting ten aanzien van vindplaatsen uit de periode Laat Mesolithicum - Vroeg/Midden Neolithicum. Deze verwachting hangt samen met de ligging aanwezigheid van een afgedekte meandergordel op relatief grote diepte (vermoedelijk > 5 m -mv). Vanwege deze diepte worden eventueel aanwezige archeologische resten niet bedreigd door de geplande bouwwerkzaamheden (m.u.v. de plaatsing van funderingspalen). Ten aanzien van archeologische vindplaatsen uit andere perioden gold een lage verwachting.De middelhoge verwachting voor bewoningssporen uit de Late Middeleeuwen/Nieuwe tijd is middels een verkennend booronderzoek getoetst, waarbij behalve de bodemopbouw, de intactheid van de bodem en de aan- of afwezigheid van ophogingslagen is bepaald. De hoge verwachting voor steentijdvindplaatsen is niet getoetst. Vanwege de diepe ligging van dit niveau (> 5 m-mv), worden eventuele archeologische waarden uit deze periode niet bedreigd. Uit het booronderzoek bleek dat de (oorspronkelijke) bodemopbouw in het plangebied bestaat uit een dik pakket veen afgedekt door een relatief dunne laag komklei. Op grotere diepte (vanaf circa 2,0 m - mv) komen in het veenpakket dunne kleilagen voor. Als gevolg van huidig en vroeger gebruik, is de bovengrond van het plangebied geroerd, in diepte variërend van 20 tot 85 cm -mv. De voormalige sloot, die op basis van het bureauonderzoek werd vermoed, is in boringen 5 en 6 is aangetroffen. Hier is de bodem plaatselijk tot dieper dan 2,0 m -mv verstoord.Ofschoon het verkennend onderzoek hier niet opgericht was, zijn in geen van de boringen archeologische indicatoren of concrete aanwijzingen gevonden die wijzen op de aanwezigheid van een archeologische vindplaats ter plekke.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-284-gfte
Metadata Access https://archaeology.datastations.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=doi:10.17026/dans-284-gfte
Provenance
Creator G.H. de Boer
Publisher DANS Data Station Archaeology
Contributor M.G. Nieuwenhuijsen
Publication Year 2021
Rights CC-BY-4.0; info:eu-repo/semantics/openAccess; http://creativecommons.org/licenses/by/4.0
OpenAccess true
Contact M.G. Nieuwenhuijsen (ADC ArcheoProjecten)
Representation
Resource Type Dataset
Format text/xml; application/pdf
Size 8052; 7218; 1013; 5911; 9962670
Version 1.0
Discipline Humanities