Laagland Archeologie heeft in maart 2019 een Bureauonderzoek en Inventariserendveldonderzoek - verkennende fase uitgevoerd op de locatie van het toekomstigZonnepark Winssen te Winssen. Het onderzoek vond plaats in verband met deruimtelijke procedure vanwege het voornemen op het terrein een zonnepark terealiseren.Het bureauonderzoek had tot doel een archeologisch verwachtingsmodel op te stellen.Hiertoe zijn een aantal onderzoeksvragen opgesteld (zie paragraaf 1.7).Het plangebied ligt in zware komkleiafzettingen die mogelijk een klein rivierduinafdekken. Vanwege het rivierduin is het mogelijk aantrekkelijk geweest voor bewoningin de vroege prehistorie (Mesolithicum t/m Bronstijd). In het plan- en onderzoeksgebiedzijn diverse bekende archeologische waarden geregistreerd. Dit betreft vondsten uit hetNeolithicum en de IJzertijd. Vondsten uit vroegere en latere periodes lijken echter ookvoor te komen in het onderzoeksgebied. Na de omzetting van het riviersysteem, van een insnijdend naar een accumulerendrivierensysteem door de stijging van de zeespiegel en de erosiebasis (na 5000 yr BP), ishet gebied veranderd in een rivierkomvlakte en daardoor minder geschikt voorbewoning.Het verkennende booronderzoek had tot doel het verwachtingsmodel te toetsen enzonodig aan te vullen. Ook hiertoe zijn onderzoeksvragen opgesteld (paragraaf 5.2).Op basis van het uitgevoerde booronderzoek is de kans groot dat het plangebiedarcheologische sporen bevat. Ongeveer op het niveau van een laklaag bevinden zichafzettingen van een crevasse. In de nabijheid van een crevasse in boring 37 zijn wathoutskoolspikkels aanwezig in de laklaag. Mogelijk was er bewoning op de oever vandeze crevasse. Gezien het niveau van de laklaag kan een eventuele vindplaats ergensvanaf de Bronstijd tot Vroege Middeleeuwen dateren. Omdat de laklaag zich op eendiepte vanaf ca. 60 cm –mv kan bevinden moet er rekening mee worden gehouden datin sommige delen van het plangebied dit potentiële archeologische niveau kan wordenaangetast door de geplande ingrepen. Verder reikt de diepte van de geplande verstoringvermoedelijk overwegend niet dieper dan ongeveer 50 cm –mv: de zonnepanelenworden op panelen bevestigd; de panelen worden op palen geplaatst. Voorts wordenkabelsleuven gegraven en worden er mogelijk inverter/transformator stations gebouwd,alsmede een center station.Omdat de kans op archeologische vindplaatsen in een zone van 40 m rondom eengereconstrueerde crevasse-loop, de zuidoosthoek waar de Vroeg-Holocene/Laat-Pleistocene ondergrond opduikt en de noordoosthoek, binnen de verstoringsdiepte grootis, adviseren we daar een vervolgonderzoek door middel van proefsleuven (IVO-P) uit tevoeren volgens de BRL 4003 (IVO-P).Voor de rest van het plangebied wordt geadviseerd om geen vervolgonderzoek uit tevoeren. De implementatie van dit advies is in handen van de gemeente Beuningen,hierin vertegenwoordigd door de archeologisch adviseur van de gemeente, de heer P.Franzen
