In het plangebied zijn in de noordelijke en westelijke deel van het plangebied, overeenkomstig de verwachting, archeologische resten aangetroffen. Daar waar nog onduidelijkheid bestond over de aard, omvang en invulling van het terrein en de te verwachten resten heeft het onderzoek zekerheid hierover kunnen bieden.De aangetroffen resten hebben deel uitgemaakt van bebouwing zoals deze getoond is op de kadastrale kaart uit het begin van de 19e eeuw. Waarschijnlijk is een deel van schuur aangetroffen De datering van het vondstmateriaal uit de grondsporen duidt op bewoning en gebruik van het terrein vanaf de late 18e eeuw.Het ophogingspakket waarin zich de bebouwingsresten bevinden is opgebouwd uit grond aangevoerd uit een stedelijke kern, zeer waarschijnlijk de binnenstad van Utrecht. De oudste datering van het vondstmateriaal uit deze laag ligt rond het midden van de 16e eeuw.De aangetroffen funderingsresten, waarbij gebruik is gemaakt van een veelvuldig toegepast concept voor bouwen op natte ondergronden en hoge grondwaterstanden, de zogenaamde Amsterdamse methode, tonen dat er kennis was over de bodemgesteldheid en bouwtechniek. Er is met kennis en inzicht gebouwd en niet ‘zo maar wat neergezet’.In de omgeving van het plangebied bevinden zich nog enkele panden die van vergelijkbare aard en ouderdom zullen zijn.Sloop en bouwrijp maken rond het midden van de 20e eeuw en hernieuwde sloop begin 21e eeuw hebben de ooit aanwezige resten flink aangetast. In het middendeel en aan de oostzijde, aan de kant van de Laan van Niftarlake, zijn alle resten verdwenen. In het, van oorsprong iets lagergelegen, deel bevinden zich nog enkele resten. Bij deze resten kon in situ behoud worden gerealiseerd zodat deze bij de nu voorgenomen bouw ongeschonden in de ondergrond aanwezig kunnen blijven en in de toekomst nog nader onderzocht kunnen worden.