In opdracht van Onder de Bomen BV heeft Bureau Archeologie en Bodemkwaliteit van de gemeente Nijmegen (BABN) in augustus 2021 een bureauonderzoek en verkennend booronderzoek uitgevoerd in het plangebied aan de Wolfskuilseweg 256 te Nijmegen (gemeente Nijmegen). Aanleiding van het onderzoek is een perceelsplitsing en voorgenomen bestemmingsplanwijziging en mogelijk daarop volgende nieuwbouw in het plangebied. Voor deze wijziging is archeologisch onderzoek nodig om de gegevens te leveren op basis waarvan een deelbijdrage archeologie voor het bestemmingsplan kan worden opgesteld.Het doel van het bureauonderzoek is het opstellen van een gespecificeerde archeologische verwachting aan de hand van bestaande bronnen over bekende of verwachte landschappelijke, historische en archeologische waarden. Doel van het verkennend inventariserend veldonderzoek is allereerst het toetsen van de gespecificeerde archeologische verwachting, zoals geformuleerd in het bureauonderzoek en, indien nodig, het aanvullen of wijzigen daarvan. Tot slot heeft het onderzoek als doel een advies te formuleren over welke maatregelen dienen te worden getroffen in het plangebied in het kader van de gemeentelijke archeologische monumentenzorg.Ten behoeve van het bureauonderzoek zijn gegevens verzameld over bekende of verwachte archeologische waarden, alsmede over geologische, bodemkundige en historisch-geografische kenmerken van het plangebied. Tijdens het booronderzoek zijn 12 boringen gezet in een grid van gelijkzijdige driehoeken met 35 m tussen de boringen. De boringen zijn gezet tot ten minste 0,3 m in de C-horizont en uitgevoerd met een Edelmanboor met een diameter van 7 cm.Op basis van het bureauonderzoek is sprake van een middelhoge verwachting op resten uit de late prehistorie, Romeinse tijd en nieuwe tijd. De verwachting voor resten uit de overige perioden is laag. Op basis van veldonderzoek op een aangrenzend perceel zou de bodemopbouw bestaan uit een recente bouwvoor van ca. 40 cm met direct hieronder de C-horizont. Uit het booronderzoek blijkt dat de bodemopbouw van het gebied niet overeen komt met de verwachting. Het bodemprofiel lijkt tot op grote diepte te zijn omgezet, waarbij vermoedelijk de grond is afgegraven en daarna weer opnieuw opgehoogd. De bodem bestaat uit een pakket geroerde grond met een dikte van 0,65-1,15 m die op een hoogte van 8,11-8,54 m +NAP direct op de C-horizont ligt die bestaat uit terrasafzettingen behorende tot de Formatie van Kreftenheye.De geroerde grond gaat tot beneden het niveau waarop sporen verwacht kunnen worden. De kans op archeologische resten is dan ook zeer laag en de verwachte conservering daarbij slecht. De kans dat archeologische waarden bedreigd worden door een bestemmingsplanwijziging en toekomstige planontwikkeling zijn vrijwel uitgesloten. Bij deze wijziging zou dan ook geen rekening hoeven te worden gehouden met het aspect archeologie, bijvoorbeeld door het opleggen van een dubbelbestemming.Tevens is het onderzoeksgebied hiermee afdoende onderzocht en adviseert BABN voor onderhavig plangebied geen verder vervolgonderzoek.
Date Submitted: 2022-05-09