Tussen 13 januari en 21 februari 2020 is het Van Bergenpark te Etten-Leur onderzocht middels een proefsleuvenonderzoek. Er zijn in totaal 31 sleuven aangelegd, waarbij enkele sleuven slechts bestaan uit kijkgaten om te bepalen hoe diep het archeologische niveau aanwezig is. Dit ligt op circa 1,20 tot 2 meter onder maaiveld. In grote delen van het onderzoeksgebied zijn diepe verstoringen aangetroffen. Deze zijn het gevolg van bouw- en sloopactiviteiten die met name in de jaren '70 van de vorige eeuw hebben plaatsgevonden. In het hele plangebied is sprake van recente ophogingspakketten. Er zijn twee bakstenen waterputten en één verwijderde waterput aangetroffen in het uiterste zuiden van het plangebied. Hier horen ook enkele paalsporen bij. De waterputten zijn vermoedelijk gedempt in de 20e eeuw, maar kunnen een oorsprong in de 19e eeuw hebben. Langs de westelijke grens van het plangebied is een intacte bodemopbouw aangetroffen onder de ophoogpakketten. Hier zijn twee sloten en een houten goot aangetroffen. Er kunnen hier sporen van de turfwinning verwacht worden. Ook in het uiterste noorden van het plangebied is een relatief intacte bodemopbouw aangetroffen. Afgezien van twee greppels zijn hier echter geen archeologische sporen aangetroffen.