Plangebied Zandvang te Rekken, gemeente Berkelland, archeologisch vooronderzoek: een bureau- en karterend booronderzoek

DOI

In opdracht van het Waterschap Rijn en IJssel heeft RAAP Archeologisch Advies- bureau in februari 2007 een bureau- en karterend booronderzoek uitgevoerd in ver band met de herinrichting van een zandvang te Rekken in de gemeente Berkel land. Doel van dit onderzoek was om te bepalen in hoeverre er in het gebied archeologische waarden aanwezig zijn, die (mogelijk) bedreigd worden door de geplande herinrichting en in hoeverre de bodemopbouw verstoord is. Tevens richtte het onderzoek zich op het begrenzen van het reeds bekende Borgterrein, voor zover gelegen binnen het plangebied. Tijdens het veldonderzoek zijn in totaal 79 boringen verricht. De boringen 1 t/m 51 zijn regelmatig verspreid over het plangebied, waarbij zoveel mogelijk een driehoeksgrid van 50x40 m is aangehouden. De boringen 100 t/m 127 zijn gezet waar het Borgterrein werd verwacht. Er is geboord in 2 haaks op elkaar staande raaien om zo de begrenzing van het Borgterrein te kunnen vaststellen. De onderlinge afstand van deze boringen bedroeg 5 tot 10 m. De bodemopbouw van het plangebied bestaat uit beekafzettingen die zich kenmerken door afwisselende lagen zand, leem, klei en incidenteel wat veen. Het terrein is deels afgegraven bij de aanleg van drie bassins. De mate van verstoring binnen de bassins wisselt van 03 tot meer dan 3 m -Mv. Het Borgterrein is begrensd aan de oost, zuid en westzijde. De diepte van de archeologische lagen varieert van minimaal 07 tot meer dan 29 m -Mv. Onder de omwalling ligt de top van de archeologische lagen circa een halve meter hoger dan het omliggende maaiveld. Op grond van de resultaten van het karterend booronderzoek wordt aanbevolen het begrensde Borgterrein te ontzien bij de verdere planontwikkeling. Indien besloten wordt dat de vindplaats niet behouden kan worden, is het wenselijk om een vervolg- onderzoek door middel van proefsleuven uit te laten voeren. Indien alleen de huidige omwalling binnen het borgterrein wordt verwijderd, dan wordt aanbevolen om dit archeologisch te begeleiden. In het overige deel van het plangebied zijn geen aanwijzingen voor de aanwezigheid van archeologische vindplaatsen aangetroffen. De vermeldingen in ARCHIS betreffen losse vondsten die afkomstig zijn uit de Berkel. Uitgezonderd het Borgterrein wordt voor het plangebied dan ook geen verder archeologisch onderzoek aanbevolen. Wij maken u er op attent dat bij iedere gravende activiteit het aantref fen van (niet voorspelbare) toevalsvondsten (met name fundamentresten, structuur vormende houten elementen zoals een palenrij en artefacten die verband houden met visserij zoals fuiken en dergelijke) niet kan worden uitgesloten. Indien hiervan sprake mocht zijn, dient de overheid (Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten) hiervan op de hoogte te worden gesteld in het kader van de meldings- plicht (Monumentenwet 1988, artikel 47). Met betrekking tot de bevindingen van onderhavig onderzoek dient contact opgenomen te worden met de provinciaal archeoloog van Gelderland.

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-zzf-3j2f
Metadata Access https://archaeology.datastations.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=doi:10.17026/dans-zzf-3j2f
Provenance
Creator B.I. van Hoof; N.W. Willemse
Publisher DANS Data Station Archaeology
Contributor m verbruggen; RAAP Archeologisch Adviesbureau
Publication Year 2020
Rights CC-BY-4.0; info:eu-repo/semantics/openAccess; http://creativecommons.org/licenses/by/4.0
OpenAccess true
Contact m verbruggen (RAAP)
Representation
Resource Type Dataset
Format text/xml; application/pdf
Size 6797; 6787; 810; 3213; 7988942
Version 1.0
Discipline Humanities