In opdracht van de gemeente Zaltbommel heeft RAAP van 24 tot en met 30 juni 2021 een archeologische opgraving ? variant archeologische begeleiding uitgevoerd in het kader van het project ?Binnengracht Zandstraat? in de gemeente Zaltbommel. Hierbij is een deel van de gedempte voormalige binnengracht weer watervoerend gemaakt. De gracht is in de jaren ?50 van de vorige eeuw gedempt en verontreinigd geraakt. Daarom was sanering van de bodem noodzakelijk. Het onderzoek is gelijktijdig uitgevoerd met de bodemsanering als een archeologische opgraving ? variant begeleiding. Het voornaamste doel van het onderzoek was het veiligstellen van de wetenschappelijke informatie (behoud ex situ). De aangetroffen sporen bestaan hoofdzakelijk uit stortlagen of dempingslagen van de gracht uit de 19e en 20e eeuw. Onder in de ontgraven sleuf is op een aantal plekken een oudere grachtvulling bereikt. Daarnaast zijn op enkele plekken in de grachtvulling en dempingslagen resten van beschoeiing aangetroffen bestaande uit planken en palen. Bij het onderzoek kon een klein inkijkje worden verkregen in de opbouw van de binnengracht aan de Zandstraat. Omdat er sprake was van een archeologische begeleiding beperkte dit zich tot de locatie en diepte van de graafwerkzaamheden. We kunnen nu met name een beeld vormen van de laatste fase van de gracht, vanaf de vroege 19e eeuw. De volledige ontgraving bevond zich binnen de breedte van de gracht zoals die in de 17e en 18e eeuw was. Veel inzage over de precieze begrenzing en laagopbouw van de gracht uit deze periode is niet verkregen omdat de grachtlagen uit deze periode pas vanaf ca. 3,8 m ? mv (0,6 m +NAP) aanwezig waren en bij de ontgraving maar op enkele plaatsen is bereikt. Aan de hand van de dempingslagen kan wel worden vastgesteld dat de gracht veel breder was en dat het midden van de gracht meer westelijk was gesitueerd. Dit is een bevestiging van het beeld dat in het vooronderzoek werd geschetst. Het merendeel van het materiaal dat is verzameld is afkomstig uit de laatste fase van de gracht, als deze in de jaren ?50 van de vorige eeuw wordt gedempt. Dit materiaal bestaat voornamelijk uit aardewerk en glas. Conclusies en aanbevelingen De aanwezigheid van de gracht is in het plangebied vastgesteld. De begrenzing van de oudere fase van de gracht uit de 17e en 18e eeuw ligt zowel in oostelijke als westelijke richting buiten het plangebied. De oude grachtvulling bevond zich binnen de ontgraving vanaf een diepte van ongeveer 3,8 m ? mv. Met name aan de zijde van de Zandstraat (oostzijde) zal de oude grachtvulling geleidelijk aan minder diep onder het maaiveld aanwezig zijn en zijn mogelijk dumps van afval te verwachten. Vondsten uit deze opvulling worden als behoudenswaardig aangemerkt. De bovenste twee meter van de gracht zijn in de 19e en met name de 20e eeuw opgevuld. Indien er in de toekomst werkzaamheden in de directe nabijheid van de gracht worden uitgevoerd, zal eventueel archeologisch onderzoek afhankelijk zijn van de locatie en de diepte van de ingrepen.