Archeologisch bureau- en booronderzoek Roggebotweg 26 te Dronten, gemeente Dronten (FL)

DOI

Aanleiding tot het hier beschreven archeologisch inventariserend veldonderzoek (IVO) zijn de plannen van de heer S. Kleis voor de onderzochte percelen aan Roggebotweg 26 te Dronten voor de sloop van bestaande bebouwing en de bouw van een nieuwe rundveestal. Omdat deze plannen met bodemverstorende ingrepen gepaard gaan, is een archeologisch vooronderzoek noodzakelijk. Dit onderzoek wordt uitgevoerd conform de Wet op de archeologische monumentenzorg. De heer S. Kleis heeft MUG Ingenieursbureau, afdeling Archeologie, opdracht gegeven het IVO uit te voeren. Het onderzoek bestaat uit een bureauonderzoek en een inventariserend veldonderzoek door middel van boringen. Het onderzoeksgebied ligt in een gebied met poldervaaggronden en vlakvaaggronden. Het gebied ligt op een hoogte van circa 2,4 m-NAP. De top van de pleistocene ondergrond, waarin prehistorische resten aanwezig kunnen zijn, bevindt zich op circa 4 tot 6 m-NAP (circa 1,6 tot 3,6 m-mv). Op basis van de beleidskaart van de gemeente Dronten geldt een hoge archeologische verwachting voor het gebied. Uit de wijdere omgeving zijn vondsten bekend, die dateren vanaf het midden-paleolithicum. Het betreft vooral vondsten uit de periode van het mesolithicum en neolithicum. Vanaf het neolithicum is sprake van een grote mate van vernatting van het gebied en wordt het (grotendeels) onbewoonbaar. Uit de middeleeuwen en nieuwe tijd kunnen losse vondsten en scheepswrakken worden verwacht. Vanaf de 6e eeuw breidt het openwatergebied van het Zuiderzeebekken zich sterk uit waardoor het pleistocene oppervlak is afgedekt met jongere kleiafzettingen. Het archeologisch bodemarchief kan daardoor nog nagenoeg intact zijn, wat het gebied van de gemeente Dronten bijzonder maakt. In het onderzoeksgebied zijn in totaal zes boringen gezet. De bodemopbouw in het onderzoeksgebied bestaat uit een bouwvoor van 0,1 m, gevolgd door afzettingen van de Almere Laag (overwegend siltig zand), afzettingen van de Flevolaag (siltig, venig zand en veen) tot t 1,8 à 2,85 m-mv en tenslotte dekzand zonder podzolbodem. In de boringen en tijdens de oppervlaktekartering is geen vondstmateriaal aangetroffen. Op grond van bovenstaande onderzoeksresultaten bevelen wij geen archeologisch vervolgonderzoek aan. Mocht men hier tijdens grondwerk alsnog op archeologische resten stuiten dan dient de heer D. Velthuizen van Nieuw Land Erfgoedcentrum, hiervan meteen op de hoogte gebracht te worden. Bovenstaande betreft een aanbeveling. Het selectiebesluit is te allen tijde voorbehouden aan de bevoegde overheid, in deze gemeente Dronten.

Date: 2013-05-03

Identifier
DOI https://doi.org/10.17026/dans-zy4-w9zr
Metadata Access https://archaeology.datastations.nl/oai?verb=GetRecord&metadataPrefix=oai_datacite&identifier=doi:10.17026/dans-zy4-w9zr
Provenance
Creator MUG Ingenieursbureau BV; Krol; T.N. Krol
Publisher DANS Data Station Archaeology
Contributor o. satijn; A.F. Huygen; MUG Ingenieursbureau b.v.
Publication Year 2013
Rights CC-BY-4.0; info:eu-repo/semantics/openAccess; http://creativecommons.org/licenses/by/4.0
OpenAccess true
Contact o. satijn (Mug Ingenieursbureau)
Representation
Resource Type Dataset
Format application/pdf; text/xml
Size 4148626; 6675; 6565; 952; 3465
Version 1.0
Discipline Humanities