In opdracht van Sité Woondiensten heeft Lycens BV een Inventariserend Veldonderzoek door middel van een archeologische begeleiding, variant proefsleuven (AB, IVO-P) uitgevoerd in het plangebied Asterstraat, Doetinchem. In het plangebied aan de Asterstraat zullen nieuwbouwwoningen worden gerealiseerd. Ten behoeve van deze voorgenomen ruimtelijke ontwikkeling zijn reeds diverse archeologische vooronderzoeken uitgevoerd. Daaruit is naar voren gekomen dat binnen onderhavig plangebied mogelijk een archeologische vindplaats uit de tweede wereldoorlog aanwezig is. Hierop heeft de gemeente Doetinchem besloten dat een vervolgonderzoek in de vorm van een archeologische begeleiding van OO-bodemonderzoek, variant proefsleuvenonderzoek plaats dient te vinden.Het onderzoek was gericht op het vaststellen van de aanwezigheid van een loopgravenstelsel en eventueel ander militair erfgoed uit de tweede wereldoorlog.Tijdens het veldonderzoek zijn vijf werkputten aangelegd, waarbij vlaksgewijs werd verdiept tot het archeologisch relevante niveau.Het veldonderzoek heeft drie antropogene sporen en drie vondsten opgeleverd. De aard en functie van de sporen zijn niet bekend, wel is vastgesteld dat het geen oorlogsresten betreft. De vondsten dateren uit de moderne tijd. In het plangebied bleek sprake te zijn van grootschalige recente verstoring waardoor geen sprake meer is van resten uit de tweede wereldoorlog. De aangetroffen sporen zijn bestemd voor behoud in situ en zullen niet verder worden onderzocht.Lycens adviseert dan ook vrijgave op voorwaarde dat de bouwkuip niet dieper dan 1 m -mv zal worden ontgraven.Met betrekking tot de aanbevelingen/bevindingen uit onderhavig onderzoek dient contact opgenomen te worden met de bevoegde overheid, in dit geval de gemeente Doetinchem.Ook voor het vrijgegeven plangebied bestaat altijd de mogelijkheid dat er tijdens graafwerkzaamheden toch losse sporen en vondsten worden aangetroffen. Op grond van artikel 5.10 van de Erfgoedwet 2016, dient zo spoedig mogelijk melding te worden gemaakt van de vondst bij de gemeente, provincie of de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.