Het gebied ten zuiden van de Steenheuvelsestraat lijkt in vroeger tijden te hebben bestaan uit een terrein met actieve geultjes en geulen met hier en daar snel stromend water. Dit blijkt uit de profielen. Onder in de gegraven rioolsleuf bestaat de bodem uit grof zand met soms ook veel grind. Naar boven toe worden de afzettingen steeds fijner. De bovenste natuurlijke lagen bestaan uit zandige klei. Voordat er sprake was van bedijking stond het gebied bij hoge waterstanden in de rivier nog regelmatig onder water. Na ontginning van het gebied (vanaf de Karolingische periode) en de aanleg van kades en dijken is er in het gebied in toenemende mate sprake van landbouw en veeteelt. Waar geploegd werd, ontstond een akkerlaag bestaande uit een pakket homogene humeuze zandige klei. Een dergelijke akkerlaag is in het plangebied aanwezig in de bodemlagen S5010, S5011, S5020 en S5023. Daarboven bevinden zich de recente bouwvoor en de zand/puinlagen, die onder het wegdek van de Pastoor van Tielstraat lagen.De tussen 0 en 9,5 meter op het meetlint van werkput 2 gesignaleerde donkere laag S5010 is vanaf ca. 12 m op het meetlint geheel verdwenen. Mogelijk is deze laag een restant van de pol waarop thans boerderij de Hoekpol staat. Duidelijk is te zien dat de pol aanvankelijk groter is geweest en met de aanleg van de Pastoor van Tielstraat deels is vergraven.In het midden van werkput 1 zijn op onregelmatige afstand van elkaar (maar in lijn liggend) op ongeveer 1 m -mv de onderkanten van aangepunte houten paaltjes waargenomen. Waarschijnlijk gaat het hier om de restanten van weidepaaltjes en/of een oude perceelgrens.In werkput 1 zijn in laag S5041 en afgedekt door laag S5023 de sporen van twee afzonderlijke sloten of greppels aangetroffen. In de vulling van sloot/greppel S2 werd een kleine hoeveelheid laat- en post-middeleeuws aardewerk en een scherf Romeins aardewerk aangetroffen. Ook in de laag die de sloot afdekte (S5023), werd een hoeveelheid laat- en post-middeleeuws aardewerk aangetroffen. Op grond van het aangetroffen aardewerk kunnen de sloten in de late middeleeuwen of vroege nieuwe tijd worden gedateerd.Gelet op de resultaten van het onderzoek wordt geadviseerd de status van het gebied in de nabijheid van de Pastoor van Tielstraat op de Archeologische Waarden- en Verwachtingskaart van de gemeente Ubbergen ongewijzigd te handhaven, ook al omdat in een rioolsleuf een restant van de pol is aangesneden.