De aanleiding voor het hier gerapporteerde onderzoek is de voorgenomen herinrichting van het terrein als tankstation. Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van BP Nederland bv. Bij het vooronderzoek is vastgesteld dat in de top van het duinzand archeologische resten vanaf het laat-neolithicum binnen het plangebied kunnen worden verwacht.Tijdens het proefsleuvenonderzoek is gebleken dat in werkput 1 de totale veenbedekking, die in het plangebied aanwezig is geweest, is vergraven. In deze put is hierbij ook de top van het duinzand verstoord geraakt tot in de C-horizont. Ook in werkput 2 is het hele veenpakket vergraven en/of afgegraven, maar in deze werkput lijkt de top van het duinzand nog intact te zijn. De afgraving van het veen zal tussen 1600 en 1700 n. Chr. hebben plaatsgevonden.De aangetroffen archeologische resten zijn niet behoudenswaardig. Op grond van deze resultaten wordt geen vervolgonderzoek aanbevolen.
Date: 2009-10-05 t/m 2009-10-06 (uitvoering veldwerk)