Tijdens de vervanging van het riool in de Allard Piersonlaan is de opbouw van de ondergrond door waarnemingen en boringen in kaart gebracht. Daarmee is de kans op bewoning in de prehistorie en Romeinse tijd beter in beeld gebracht. Op basis hiervan kan, in combinatie met ouder onderzoek zoals “Gouverneurlaan”, “Spoorwijk” en “P2500” de archeologische verwachting voor dit deel van Den Haag worden geactualiseerd. Deze actuele verwachting kan worden meegenomen in de nieuwe Archeologische Waarden- en Verwachtingenkaart Den Haag, waaraan momenteel hard wordt gewerkt.Het plangebied ligt in een deel van Den Haag waar de drie fysisch geografische regio’s die Den Haag kenmerken, bij elkaar komen (zie paragraaf 2.1). Hierdoor is het slechts in beperkte mate mogelijk om op basis van een relatief grove (geologische) kaart een archeologische verwachting op te stellen voor perioden waarin juist het natuurlijke landschap een belangrijke rol speelt. Met name de verbreiding (en de aard) van de Gantellaag is slecht bekend. Doordat deze veelal conserverende laag klei grotendeels ontbreekt, lag het daar voorafgaand aan opgebouwde Hollandveen ongeveer 2000 jaar aan het maaiveld. Was dit veen in de late ijzertijd en Romeinse tijd nog een buitengewoon drassig pakket, vanaf de (late) middeleeuwen treedt grootschalig oxidatie op omdat het gebied wordt ontgonnen. Door oxidatie (en veraarding) verdwijnt het jongste materiaal als eerste, daarmee worden eventuele archeologische resten van de jongste perioden ook verstoord.De verbreiding van het onder het veen aanwezige duinzand van de Laag van Voorburg is redelijk goed bekend. Op het brede, zuidelijke duin kan in de prehistorie gewoond zijn, maar vooral aan het eind van die periode (ijzertijd) ligt het duin zeer geïsoleerd te midden van een veenmoeras. Sporen van bewoning in de vorm van vondsten of grondsporen zijn bij dit onderzoek niet aangetroffen.
Date: 2020-12-10